Arts-patiënt communicatie, begrijpen we elkaar?

In het TMO schreven mw. dr. A.A. Timmerman en collegae een artikel over arts-patiënt communicatietraining (APC) in het curriculum van de Nederlandse huisartsenopleidingen.1 Zij onderzochten hoe de training in APC-vaardigheden is beschreven in de acht curricula van de huisartsenopleidingen en in hoeverre APC-vaardigheden zijn geïntegreerd in onderwijsdoelen met contextspecifieke aanbevelingen.

Ik vind het een zeer moeilijk leesbaar artikel, hoewel het nog Nederlandstalig is, en snap als praktiserend huisartsopleider absoluut niet wat ik hiervan kan leren. De vraag waarom de aios in een driejari- ge huisartsenopleiding geen duidelijke vorderingen toont in APC-vaardigheden wordt met dit onderzoek niet beantwoord. Tijdens mijn nog éénjarige huisartsenopleiding had Willem Alting von Geusau, gedragswetenschapper in Nijmegen en auteur van een zeer leesbaar boek over huisartsen en hun communicatieproblemen met patiënten2, daar een hypothese over. Hij zag dat huisartsen steeds weer dezelfde fouten in hun gesprekken met patiënten maakten, hoe vaak er ook bandopnames beoordeeld en van commentaar/ feedback werden voorzien. Hij veronderstelde eerder een verband met persoonlijke eigenschappen dan het ontbreken van communciatievaardigheden. Naar zijn mening diende hier veel meer onderzoek naar gedaan te worden en dan heb je het inderdaad over context (van dokter, patiënt en de praktijksituatie). Misschien moet er veel minder energie gestopt worden in het onderwijs in communicatievaardigheden. In plaats daarvan is het beter om persoonlijke factoren bij de aios te onderzoeken, welke de communicatie met patiënten en collegae in de weg kunnen zitten. In het onderhavige artikel miste ik zinnige aanbevelingen voor een daadwerkelijke verbetering van de APC-training in de huisartsenopleiding.

Sed ceteres censeo TMO scribendam esse in linguam hollandem.

Birdaard, oktober 2011

S. Zijlstra