Skip to main content
Log in

Het werk van de huisarts

  • Geschiedenis huisartsgeneeskunde
  • Published:
Huisarts en wetenschap Aims and scope

Samenvatting

In de honderd jaar na het begin van de Eerste Wereldoorlog veranderde er veel in het dagelijks werk van huisartsen, alleen al omdat de ziekten waaraan Nederlanders leden en stierven veranderden. Maar ook de manier waarop ziekten en sterven werden beleefd, was niet meer dezelfde. Tegelijk veranderde ook het therapeutisch arsenaal, zowel in de specialistische als in de huisartsgeneeskunde. Maatschappelijke, economische en financiële veranderingen hadden hun weerslag op het werk van de huisarts. Nieuwe taken kwamen erbij, zoals anticonceptie en zorg voor chronisch zieken. Andere taken verdwenen, zoals de verloskunde en jeugdgezondheidszorg in de consultatiebureaus.

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Literatuur

  1. Wolleswinkel-van den Bosch JH, Poppel FWA, Tabeau E, Mackenbach JP. Mortality decline in the Netherlands in the period 1850-1992: A turning point analysis. Soc Sci Med 1998;47: 429–43.

    Article  Google Scholar 

  2. Bremer GJ. Huisarts zijn in het interbellum. Rotterdam: Erasmus Publishing, 2006.

    Google Scholar 

  3. Van Es JC. Een halve eeuw huisartsgeneeskunde. Van ambacht naar professie. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum, 2006.

    Google Scholar 

  4. Gezondheid, leefstijl, zorggebruik en -aanbod;vanaf, 1900 [internet]. Voorburg: CBS Statline, 2015.

  5. Ruhe HAM. Een huisartsenpraktijk in 1938 en 1954. Assen: Van Gorcum, 1957.

    Google Scholar 

  6. Buma JT. De huisarts en zijn patiënt: Grondslagen van het medisch denken en handelen [proefschrift]. Amsterdam: Allert de Lange, 1950.

    Google Scholar 

  7. Querido A. Inleiding tot een integrale geneeskunde. Leiden: Stenfert Kroese, 1955.

    Google Scholar 

  8. Huber M, Knottnerus JA, Green L, Van der Horst H, Jadad AR, Kromhout D, et al. How should we define health? BMJ 2011;343:d4163.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  9. Vroege NH. Het Woudschoten rapport. Huisarts Wet 1966;9:372–85.

    Google Scholar 

  10. Van der Werf GT, Zaat J. De geboorte van een ideologie: Woudschoten en de huisartsgeneeskunde. Huisarts Wet 2001;44:428–35.

    Article  Google Scholar 

  11. Hogerzeil HHW. De ontwikkeling van de huisartsgeneeskunde binnen een veranderend morbiditeitsspectrum. In: Aulbers BJM, Bremer GJ, redactie. De huisarts van toen: Een historische benadering. Rotterdam: Erasmus Publishing, 1995.

    Google Scholar 

  12. The AM. Verlossers naast God: dokters en euthanasie in Nederland. Amsterdam: Thoeris, 2009.

    Google Scholar 

  13. Kennedy JC. Feestrede bij de viering van het 150-jarig jubileum van de Vereniging Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde. Ned Tijdschr Geneeskd 2007;151:425–32.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  14. Manschot A, Cuppen A, Dijkmans J. Huisvrouwen: een vergeten groep in de - mediese - hulpverlening. Nijmegen: Paradogma, 1977.

    Google Scholar 

  15. Mens-Verhulst J, Waaldijk B. Vrouwenhulpverlening 1975-2000: Beweging in en rond gezondheidszorg. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum, 2008.

    Book  Google Scholar 

  16. Oliemans AP. Morbiditeit in de huisartsenpraktijk: Het vóórkomen van ziekten en/of gebreken in de huisartspraktijk, naar gegevens verzameld in een groepsonderzoek bij 52 nederlandse huisartsen en in een continue registratie door 5 nederlandse huisartsen [proefschrift]. Leiden: Stenfert Kroese, 1969.

    Google Scholar 

  17. Trappenburg M. De huisarts vanuit patiëntenperspectief: lezing NHG-Congres. Huisarts Wet 2007;50:47–9.

    Article  Google Scholar 

  18. Wibaut FP. De frequentie van gynaecologisch onderzoek bij pilcontrole. Ned Tijdschr Geneeskd 1979;123: 2230–1.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  19. Van Weel C. De pilcontrole op waarde geschat; de standaard ‘orale anticonceptie’. Ned Tijdschr Geneeskd 1989;133:1349–50.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  20. Ketting A. De invloed van orale anticonceptie op de maatschappij. Ned Tijdschr Geneeskd 2000;144:283–6.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  21. Kay CR. The Royal College of General Practitioners’ oral contraception study: some recent observations. Clin Obstet Gynaecol 1984;11(3):759–86.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  22. Meijman F. De pilcontrole. Zin en onzin van een routinebehandeling in de huisartsenpraktijk. Huisarts Wet 1980;23:92–100.

    Google Scholar 

  23. Sips AJBI, Crebolder HFJM. Een consensusprocedure over de pilcontrole. Huisarts Wet 1987;30:174–8.

    Google Scholar 

  24. Moors JPC, Sips AJBI. Orale anticonceptie. Standaard M02 van het Nederlands Huisartsen Genootschap. Huisarts Wet 1989;32:62–5.

    Google Scholar 

  25. Boots JMJ. Het werk van de huisarts. Resultaten van een functie-analyse in 93 huisartsenpraktijken [proefschrift]. Maastricht: Rijksuniversiteit Limburg, 1983.

    Google Scholar 

  26. Van Herk R. Artsen onder druk. Het kwaliteitsbeleid van de medische beroepen in Groot-Brittannië, Nederland en België tussen 1970 en 1996, als gevolg van de interne en externe druk op de zelfregulering van artsen [proefschrift]. Utrecht: Elsevier/De Tijdstroom, 1997.

    Google Scholar 

  27. Springer MP, redactie. Basistakenpakket van de huisarts. Utrecht: LHV, 1983 (bijlage bij Medisch Contact, 8 juli 1983).

  28. De Jonge MJA. Normering van het huisartsgeneeskundig handelen: straks een gewone zaak. Huisarts Wet 1991;34:124–9.

    Google Scholar 

  29. Structuurnota gezondheidszorg. ’s-Gravenhage: Staatsuitgeverij, 1974.

  30. Van de Lisdonk EH. Perceived and presented morbidity in general practice: A study with diaries in four general practices in The Netherlands. Scand J Prim Health Care 1989;7:73–8.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  31. Knottnerus JA. Research in general practice. Lancet 1996;347:1236–8.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  32. Rutten GEHM, Cromme PVM, Zuidweg J, Mulder JD. Huisarts en diabetes type II. Een verantwoording van de NHG-standaard. Huisarts Wet 1989;32:7–13.

    Google Scholar 

  33. Appelman CLM, Bossen PC, Dunk JHM, Lisdonk EH, De Melker RA, Van Weert HCPM. NHG-Standaard Otitis media acuta. Huisarts Wet 1990;33:242–5.

    Google Scholar 

  34. Otters H, Van der Wouden H, Schellevis F, Van Suijlekom-Smits L, Koes B. Verwijzing van kinderen naar de specialist: een vergelijking tussen 1987 en 2001. Huisarts Wet 2006;49:348–53.

    Article  Google Scholar 

  35. LHV. Aanbod huisartsgeneeskundige zorg 2009. Utrecht: LHV, 2009. [Herziening van het Aanbod huisartsgeneeskundig zorg 2004.]

    Google Scholar 

  36. Interview met Pieter van den Hombergh, 1 oktober 2013.

  37. Bongers FJM. General practice 1987 and 2001: Changes in morbidity and interventions. Findings from the two Dutch National Surveys of General Practice [proefschrift]. Nijmegen: Radboud Universiteit, 2009.

    Google Scholar 

  38. Van der Horst H, De Vries H. Van, integrale en continue zorg naar medisch maatwerk. Huisarts Wet 2001;44:587–90.

    Article  Google Scholar 

  39. Verheij T, Pieters R, Rutten G, Hoes A. Huisarts, blijf bij je klinische leest! Huisarts Wet 2006;49:72–4.

    Article  Google Scholar 

  40. Verheij T, Pieters R, Rutten G, Hoes A. De huisarts is toch echt een clinicus. Huisarts Wet 2006;49:275.

    Google Scholar 

  41. Crebolder H, Van Weel C. Een klinische leest is geen panacee. Huisarts Wet 2006;49:274–5.

    Article  Google Scholar 

  42. Thiadens H. Huisartsgeneeskunde is wel bijzonder. Huisarts Wet 2006;49:273–4.

    Google Scholar 

  43. Bongers FJM. Ontwikkelingen in de huisartsgeneeskunde tussen 1987 en 2001. Huisarts Wet 2011;54:60–4.

    Article  Google Scholar 

  44. Schers H, Bor H, Van den Hoogen H, Van Weel C. What went and what came? Morbidity trends in general practice in the Netherlands. Eur J Gen Pract 2008;14 Suppl 1:13–24.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  45. Mackenbach JP, Slobbe L, Looman CWN, Van der Heide A, Polder J, Garssen J. Sharp upturn of life expectancy in the Netherlands: effect of more health care for the elderly? Eur J Epidemiol 2011 26:903–14.

    Article  PubMed  PubMed Central  Google Scholar 

  46. Bonneux L. Succes has many fathers, failure remains an orphan. Eur J Epidemiol 2011;26:897–8.

    Article  PubMed  PubMed Central  Google Scholar 

  47. Boyd CM, Darer J, Boult C, Fried LP, Wu AW. Clinical practice guidelines and quality of care for older patients with multiple comorbid diseases implications for pay for performance. JAMA 2005;294:716–24.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  48. Jabaaij L, Hingstman L. Alleen is maar alleen: huisartsen steeds vaker samen. Huisarts Wet 2007;50:185. 46.

    Google Scholar 

  49. Van Zalinge EAB. Vrouwelijke huisartsen, een slag apart? Toetreding en participatie van vrouwen in de huisartsgeneeskunde [proefschrift]. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam, 2008.

    Google Scholar 

  50. Schers HJ, Giesen PHJ, Raes SA, Van den Hoogen HJM, Van den Bosch WJHM. Continuïteit tijdens de waarneemdienst; de behoefte aan het medisch dossier. Huisarts Wet 2001;44:412–8.

    Google Scholar 

  51. Van den Berg R, Meijman FJ. De (patho)genese van de grootschalige dienstenstructuur. Huisarts Wet 2009;52:177–81.

    Article  Google Scholar 

  52. Engels YMP, Mokkink HGA, Van den Hombergh P, Van den Bosch WJHM, Van den Hoogen HJM, Grol RPTM. Het aantal taken van de praktijkassistente in de huisartsenpraktijk is toegenomen. Huisarts Wet 2004;47:325–30.

    Article  Google Scholar 

  53. Wiegers TA. Steeds minder huisartsen verloskundig actief. Huisarts Wet 2003;46:432–4.

    Article  Google Scholar 

  54. Van der Velden L, Hingstman L, Wiegers T, Kenens R. Verloskundig actieve huisarts bestaat nog steeds. Huisarts Wet 2012;55:131.

    Article  Google Scholar 

  55. Maes AACM. Huisartsgeneeskunde in het nieuwe zorgstelsel. Amsterdam: Reed Business Education, 2011.

    Google Scholar 

  56. Zie www.henw.org, rubriek Geschiedenis huisartsgeneeskunde.

Download references

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Corresponding author

Correspondence to Ron Helsloot.

Additional information

Dit is deel 2 van de serie Geschiedenis van de huisartsgeneeskunde. Deze serie is ontwikkeld door de NHG-Werkgroep Geschiedenis Huisartsgeneeskunde en werd geschreven door Esther van Osselen, huisarts en wetenschapsjournalist. De werkgroep bestaat uit: prof.dr. E. Schadé (voorzitter), R.S.M. Helsloot (secretaris), M.J.J. Bergevoet, prof.dr. H.F.J.M. Crebolder, dr. J.A.M van Eijck, dr. F.J. Meijman, prof.dr. C. van Weel, dr. G.Th. van der Werf en dr. E.A.B. van Zalinge. Corresponderende leden: dr. B.J.M. Aulbers, prof.dr. H.J. Dokter, prof.dr. J. Heyrman, S.F.J. Kleijkers, H. Pellicaan en dr. H. Vink.

De financiële middelen werden ter beschikking gesteld door de SBOH.

NHG-Werkgroep Geschiedenis Huisartsgeneeskunde, Postbus 3231, 3502 GE Utrecht: E.C.M. van Osselen; R.S.M. Helsloot; dr. G.Th. van der Werf; dr. E.A.B. van Zalinge • Correspondentie: r.helsloot@kpnplanet.nl • Mogelijke belangenverstrengeling: niets aangegeven.

About this article

Check for updates. Verify currency and authenticity via CrossMark

Cite this article

van Osselen, E., Helsloot, R., van der Werf, G. et al. Het werk van de huisarts. Huisarts Wet 59, 132–135 (2016). https://doi.org/10.1007/s12445-016-0077-1

Download citation

  • Published:

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/s12445-016-0077-1

Navigation