This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.
Notes
Zowel sensitiviteit als specificiteit van de diagnostische test op Bartonella via IFA is afhankelijk van de test. De testen zijn redelijk betrouwbaar om de ziekte uit te sluiten, maar niet om deze aan te tonen! Het bleek nu niet meer mogelijk om de betreffende testkenmerken en de uitslagen van destijds te achterhalen. Seroprevalentie van antilichamen is overigens 30% (in Duitsland)!
Verschijnselen die vaak gezien worden bij patiënten met kattenkrabziekte zijn lichte koorts en malaise of vermoeidheidsklachten. De vergrote klieren kunnen twee tot vier maanden aanwezig blijven en soms nog langer.3
Consensus balintgroep vrouwelijke huisartsen, waarvan auteur deel uitmaakte.
CA125 is een tumormarker, die echter niet specifiek is voor ovariumcarcinoom.3
Mycoplasma pneumoniae is een belangrijke verwekker van bovensteluchtweginfecties met koorts en hoesten. Bij een deel van de patiënten veroorzaakt de bacterie een pneumonie; deze wordt vaak aangeduid als atypisch omdat met routinematige bacteriologische bepalingen geen verwekker kan worden aangetoond. De hoogste prevalentie van infecties van M. pneumoniae wordt gevonden bij kinderen tussen de 5 en 20 jaar. Infecties kunnen echter op alle leeftijden voorkomen en geven geen blijvende immuniteit.3
Zie ook http://emedicine.medscape.com voor afbeeldingen met uitleg van atypische pneumonie.
Literatuur
Papadopouli E, Michailidi E, Paspalaki P, Vlahakis I, Kalmanti M. Cervical lymphadenopathy in childhood epidemiology and management. Pediatric Hematol Oncol 2009;22:454–460.
Sander A, Posselt M, Oberle K, Bredt W. Seroprevalence of antibodies to Bartonella henselae in patients with cat scratch disease in healthy controls: evaluation and comparison of two commercial serological tests. Clin Diagn Lab Immunol 1998;5:486–480.
http://www.klinischediagnostiek.nl/.
Kermen R, Hickner J, Brody H, Hasham I. Family physicians believe the placebo effect is therapeutic but often use real drugs as placebos. Fam Med 2010 Oct; 42 (9) 636–642.
Staveren R van. Patiëntgericht communiceren. Utrecht: De Tijdstroom, 2010, p. 161.
Wouda J, Wiel H van de, Vliet K van. Medische communicatie. Utrecht: De Tijdstroom, 2000, pp. 314–315.
Joëls M. Lezing ’Wat is stress?’ Congres Hersenen en stress, Hersenstichting, 14 oktober 2010.
Staveren R van. Patiëntgericht communiceren. Utrecht: De Tijdstroom, 2010, p. 60.
Conradi MH, Schuling J, Mulder H. Fouten in de huisartspraktijk. Huisarts en Wetenschap 1988: 31: 222–227.
Verheij ThJM, Hopstaken RM, Prins JM, Salomé PhL, Bindels PJ, Ponsioen BP, et al. NHG-Standaard Acuut Hoesten. Huisarts Wet 2011;54:68–92.
Wouda J, Wiel H van de, Vliet K van. Medische communicatie. Utrecht: De Tijdstroom, 2000, p. 334.
Conradi MH. Missers in de huisartsenpraktijk. Meppel: Boom, 2000.
Author information
Authors and Affiliations
Additional information
Huisarts te Emmeloord
Huisarts te Emmeloord
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Schonewille, A. Een ongeruste moeder heeft altijd gelijk, maar hoed u voor de dokter!. Bijblijven 27, 35–42 (2011). https://doi.org/10.1007/s12414-011-0018-7
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12414-011-0018-7