Development of the Experience of Gastrointestinal Endoscopy scale
On the basis of qualitative interviews with relevant patients 2 bipolar items were formulated tapping the experience of undergoing a gastrointestinal endoscopy. In preliminary research the version with fixed answer categories turned out to have better psychometric properties than the version with Likert scales, so we continued our research in a new sample (N=26 ) with the former version, now called the Experience of Gastro-endoscopy scale (EG; in Dutch: BG). Internal consistency was good (Cronbach’s a = .9 ), as was test-retest reliability with an interval of three days (Kendall’s tau = .78). Factor analysis showed one strong factor (5 .7% explained variance). Results with regard to convergent construct validity are satisfactory: significant, moderate correlations with state-anxiety, pain and heart rate. The correlation with the external criterion of ‘gagging’ was r = .45. Correlations with sex, educational level and trait anxiety were low to zero. We conclude that this short questionnaire is a useful instrument for effect research.
Literatuur
Devine, E. C. (1992). Effects of psychoeducational care for adult surgical patients: a meta-analysis of 191 studies. Patient Education and Counseling, 19, 129-142.
Gattuso, S. M., Litt, M. D., & Fitzgerald, T. E. (1992). Coping with gastrointestinal endoscopy: self-efficacy enhancement and coping style. Journal of Consulting & Clinical Psychology, 60, 133-139.
Geus, E. J. C. de, Vries, J. de, & Klaver, C. H. A. M. (1995). Ambulatory Monitoring System. Amsterdam: Vrije Universiteit, Department of Psychophysiology.
Heus, P. de, Leeden, R. van der, & Gazendam, B. (1995). Toegepaste Dataanalyse. Utrecht: Lemma bv.
Hjelm-Karlsson, K. (1988). Dispelling the fear of the unknown: Effects of information to patients undergoing intravenous pyelography. Uppsala: Lindbergs grafiska.
Hjelm-Karlsson, K. (1989). Effects of information to patients undergoing intravenous pyelography: an intervention study. Journal of Advanced Nursing, 14, 853-862.
Osgood, C. E., Suci, G. J., & Tannenbaum, P. H. (1975). The dimensionality of the semantic space. In C.E. Osgood, G.J. Suci, & P.H. Tannenbaum (Eds.), The measurement of meaning (pp. 31-76). Urbana: University of Illinois Press.
Ploeg, H. M. van der, Defares, P. B., & Spielberger, C. D. (1980). Handleiding bij de Zelf-Beoordelings Vragenlijst ZBV. Lisse: Swets & Zeitlinger b.v.
Spielberger, C. D. (1995). State-Trait Anxiety Inventory (STAI). In J.W. Furer, C. König-Zahn, & B. Tax (red.), Het meten van de Gezondheidstoestand (pp. 136-146). Assen: Van Gorcum.
Vliet, M.J. van (2001). Preparing patients for gastrointestinal endoscopy. The influence of information in medical situations. (Psychologische voorbereiding op een gastroscopie. De invloed van informatie in medische situaties). Gent: Academia Press.
Vliet, M.J. van, Grypdonck, M., Zuuren, F.J. van, Winnubst, J., & Kruitwagen, C. (2004). Preparing patients for gastrointestinal endoscopy: the influence of information in medical situations. Patient Education and Counseling, 52, 23-30.
Author information
Authors and Affiliations
Corresponding author
Additional information
Marjolein van Vliet is werkzaam bij NIZW Zorg. Jacques Winnubst en Mieke Grypdonck zijn werkzaam bij de Disciplinegroep Verplegingswetenschap van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Florence van Zuuren is verbonden aan de Programmagroep Klinische Psychologie van de Universiteit van Amsterdam. Cas Kruitwagen is werkzaam bij het Centrum voor Biostatistiek van de Universiteit Utrecht. Correspondentieadres: Mw. dr. M.J. van Vliet, NIZW Zorg, Postbus 19152, 3501 DD Utrecht.
Belevingslijst Gastroscopie (BG)
Belevingslijst Gastroscopie (BG)
Het ondergaan van een gastroscopie ervaart iedereen anders. Met behulp van deze uitsprakenlijst proberen we te achterhalen hoe u deze gastroscopie vond en hoe u hem heeft ervaren.
Bij elke uitspraak worden vijf keuzemogelijkheden gegeven, waarvan u er één moet aankruisen. Wij vragen u dàtgene aan te kruisen wat het best overeenkomt met uw eigen ervaring.
(1) De gastroscopie die ik heb ondergaan vond ik
O niet vervelend
O beetje vervelend
O vervelend
O behoorlijk vervelend
O heel erg vervelend
(2) Tijdens de gastroscopie was ik
O heel erg gespannen
O behoorlijk gespannen
O gespannen
O beetje gespannen
O ontspannen
(3) Ik vond de gastroscopie
O heel erg tegenvallen
O behoorlijk tegenvallen
O tegenvallen
O beetje tegenvallen
O meevallen
(4) Tijdens de gastroscopie was ik
O rustig
O beetje onrustig
O onrustig
O behoorlijk onrustig
O heel erg onrustig
(5) Tijdens de gastroscopie had ik het
O heel erg benauwd
O behoorlijk benauwd
O benauwd
O beetje benauwd
O niet benauwd
(6) De gastroscopie vond ik ... verlopen.
O heel erg moeilijk
O behoorlijk moeilijk
O moeilijk
O beetje moeilijk
O niet moeilijk
(7) Als ik nog eens een gastroscopie zou moeten ondergaan dan
O is dat geen enkel probleem
O is dat niet leuk maar wel uit te houden
O is dat een probleem
O doe ik dat alleen als er niet aan te ontkomen is
O zou ik dat zeker niet doen
(8) Het ondergaan van een gastroscopie vond ik
O niet eng
O beetje eng
O eng
O behoorlijk eng
O heel erg eng
(9) Het ondergaan van een gastroscopie vond ik
O niet vies
O beetje vies
O vies
O behoorlijk vies
O heel erg vies
(10) Tijdens de gastroscopie voelde ik mij
O heel erg beschaamd
O behoorlijk beschaamd
O beschaamd
O beetje beschaamd
O niet beschaamd
(11) Tijdens de gastroscopie heb ik mij
O niet verzet
O beetje verzet
O verzet
O behoorlijk verzet
O heel erg verzet
(12) Tijdens de gastroscopie was ik
O heel erg paniekerig
O behoorlijk paniekerig
O paniekerig
O beetje paniekerig
O niet paniekerig
© Dr.M.J. van Vliet, Verplegingswetenschap, UMC Utrecht
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Vliet, M.v., Zuuren, F., Winnubst, J. et al. De ontwikkeling van een meetinstrument voor de beleving van een gastroscopie (BG). GEGE 34, 18–23 (2006). https://doi.org/10.1007/BF03087969
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF03087969