Subluxatie van de schouder na een CVA ’ Een vergelijking van vier ondersteuningsmiddelen

Abstract

Doel:

subluxatie van de schouder is een bekend restverschijnsel na een cva. Deze studie biedt een kwalitatieve vergelijking van de mate van reductie van de schouder-subluxatie bij toepassing van vier ondersteuningsmiddelen: de ‘single- strap hemisling’; de Bobath-rol; de Rolyan ‘humeral cuff sling’ en de Cavalier support.

Onderzoeksopzet/lokatie:

anteroposterior schouder-röntgenfoto's van 20 patiënten na een eerste cva in een revalidatie-inrichting. De foto's werden binnen zes weken na het cva genomen. Voor en na aanbrengen van elk ondersteuningsmiddel werden de metingen van de verticale, horizontale en totale asymmetrie van de glenohumerale subluxatie vergeleken met de niet-aangedane schouder.

Voornaamste onderzoeksparameters:

om na te gaan welke ondersteuningsmiddelen de subluxatie- asymmetrie wijzigden en de toestand vergelijkbaar maakten met de niet-aangedane schouder, werden de groepsgemiddelden vergeleken. De individuele gegevens werden bij elkaar geteld om te achterhalen hoe vaak elke ondersteuning de beste reductie gaf van de subluxatie- asymmetrie.

Resultaten:

de single-strap hemisling zorgde bij de gehele onderzoeksgroep voor een eliminatie van de verticale subluxatie-asymmetrie (zie fig. 5),

maar elk van de onderscheiden ondersteuningen corrigeerde bij sommige proefpersonen de verticale asymmetrie het best (resp. 55%, 20%, 40% en 5%). De Bobath-rol en de Cavalier support veroorzaakten een laterale verplaatsing van de humeruskop van de aangedane schouder (p = 0,005 resp. 0,004). De Rolyan humeral cuff sling gaf een significante reductie van de totale subluxatie-asymmetrie (p = 0,008), terwijl de single-strap hemisling, Bobath-rol en Cavalier support geen verandering gaven van de totale asymmetrie (resp. p = 0,091; 0,283, 0,502).

Conclusie:

bij behandeling van schouder-subluxatie dient het effect van verschillende soorten ondersteuning te worden nagegaan om de functie van de aangedane extremiteit en de reductie van de schouder-subluxatie te optimaliseren.