Samenvatting
Er wordt verslag gedaan van de ontwikkeling van de Ouder–Kind Interactie Vragenlijst (OKIV). Met behulp van de OKIV kan men onderzoeken hoe iedere ouder afzonderlijk de relatie met ieder kind afzonderlijk beoordeelt, en omgekeerd. De OKIV is gebaseerd op de leertheorie en op de structurele gezinstheorie. De items hebben betrekking op onderling gedrag en gevoel. Voor de kinderversie (OKIV–K) werd over drie verschillende steekproeven een stabiele twee–factorstructuur gevonden (Gezag en Acceptatie). Voor de ouderversie (OKIV–O) was een één–factoroplossing de beste. De betrouwbaarheden van de subschalen en de totale schalen zijn goed en de eerste gegevens over de validiteit zijn hoopgevend.
Similar content being viewed by others
Notes
Factorladingen in de CFA zijn in het algemeen lager dan in principale-componenten-analyse, omdat in de CFA de errorvariantie wordt uitgeparieerd (zie Loehlin, J.C., 1987).
Factorladingen in de CFA zijn in het algemeen lager dan in principale-componenten-analyse, omdat in de CFA de errorvariantie wordt uitgeparieerd (zie Loehlin, J.C., 1987).
OKIV-Kv- en OKIV-Km-versie samen.
OKIV-O(v)- en OKIV-O(m)-versie samen.
OKIV-Kv- en OKIV-Km-versie samen.
OKIV-O(v)- en OKIV-O(m)-versie samen.
p < 0,01
p < 0,01
p < 0,01
p < 0,01
N = 152
N = 149
N = 98
N =117
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Meer dan 1 SD onder het gemiddelde zoals gerapporteerd in tabel 1.
Literatuur
Akister, J. & Stevenson–Hinde, J. (1991). Identifying families at risk: Exploring the potential of the McMaster Family Assessment Device. Journal of Family Therapy, 13 , 411–421.
American Psychiatric Association (1994). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, DSM–IV. New York: American Psychiatric Association.
Asher, S.R. (1985). An evolving paradigm in social skill training with children. In B.H. Schneider, K.H. Rubin & J.E. Ledingham (Eds.), Children's peer relations: Issues in assessment and intervention (pp. 157–171). New York: Springer Verlag.
Balen, F. van (1995). De ouder–kindrelatie na in vitro fertilisatie (IVF). Nederlands Tijdschrift voor de Psychologie en haar Grensgebieden, 50, 10–14.
Blonk, R.W.B. & Lange, A. (in voorbereiding). Ouder–Kind interactie: Verschillen tussen aangemelde en niet–aangemelde kinderen.
Bollen, K.A. & Scott Long, J. (Eds.) (1993). Testing Structural Equation Models. Newbury Park: Sage.
Browne, M.W. & Cudeck, R. (1993). Alternative ways of assessing model fit. In K.A. Bollen & J. Scott Long (Eds.), Testing Structural Equation Models. Newbury Park: Sage.
Buurmeijer, F.A. & Hermans, P.C. (1988). Gezinsfunctioneren en individuele stoornissen. Amsterdam/Lisse: Swets & Zeitlinger.
Colapinto, J. (1991). Structural family therapy. In A.S. Gurman & D.P. Kniskern (Eds.), Handbook of family therapy (Vol. 2). New York: Brunner/Mazel.
Dekovic, M. & Janssens, J.M.A.M. (1992). Parents’ child–rearing style and child's sociometric status. Developmental Psychology, 28, 925–932.
Dekovic, M. Janssens, J.M.A.M. & Gerris, J.R.M. (1991). Factor structure and construct validity of the Block Child Rearing Practices Report (CRPR). Psychological Assessment, 3, 182–187.
Drenth, P.J.D. & Sijtsma, K. (1992). Testtheorie. Inleiding in de theorie van de psychologische test en zijn toepassingen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.
Fauber, R.L. & Long, N. (1991). Children in context: The role of the family in child psychotherapy. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 59, 813–820.
Ginsburg, G.S., Silverman, W.K. & Kurtines, W.K. (1995). Family involvement in treating children with phobic and anxiety disorders: A look ahead. Clinical Psychology Review, 15, 457–473.
Gordon, Th. (1979). Luisteren naar elkaar; problemen uitpraten en oplossen in het gezin. Kapellen: Uitgeverij de Nederlandse Boekhandel.
Grotevant, H.D. & Carlson, C.I. (1989). Family assessment: A guide to methods and measures. New York: The Guilford Press.
Haan, R. de (1996). Persoonlijke communicatie, september 1996.
Henderson, R.W. (Ed.) (1981). Parent–child interaction. New York: Academic Press.
Jacob, T. & Tennenbaum, D.L. (1988). Family assessment: Rationale, methods, and future directions. New York: Plenum Press.
Jøreskog, K.G. & Sørbom, D. (1993). LISREL VIII User's reference guide. Chicago: Scientific Software International Inc.
Kashani, J.H., Vaidya, A.F., Soltys, S.M., Dandoy, A.C., Katz, L.M. & Reid, J.C. (1990). Correlates of anxiety in psychiatrically hospitalized children and their parents. American Journal of Psychiatry, 147, 319–323.
Kaslow, N.J., Deering, C.G. & Racusin, G.R. (1994). Depressed children and their families. Clinical Psychology Review, 14, 39–55.
Lange, A. (1994). Gedragsverandering in gezinnen (6e herziene druk). Groningen: Wolters–Noordhoff.
Loehlin, J.C. (1987). Latent variable models: An introduction to factor, path, and structural analysis. Hillsdale: Lawrence Erlbaum.
Maccoby, E.E. (1980). Social development. New York: Harcourt Brace Jovanovich Inc.
Maillette de Buy Wenniger, W.F., Loon, A.J.J.M. van, Benoist, R.H.I. & Moleman, N. (1995). De Nederlandse vertaling van de McMaster Assessment Device. Tijdschrift voor Psychiatrie, 37, 746–749.
Meijer, A.M. (1994). Gezinsinvloeden bij astma. Academisch proefschrift. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam.
Moos, R.H. & Moos, B.S. (1981). Family Environment Scale manual. Palo Alto: Consulting Psychologists Press.
Newcomb, A.F., Bukowski, W.M. & Pattee, L. (1993). Children's peer relations: A meta–analytic review of popular, rejected, neglected, controversial, and average sociometric status. Psychological Bulletin, 113, 99–128.
Olson, D.H., Sprenkle, D.H. & Russell, C.S. (1979). Circumplex model of marital and family systems: I. Cohesion and adaptability dimensions, family types, and clinical applications. Family Process, 18, 3–28.
Oud, J.H.L. & Welzen, K.F. (1988). Nijmeegse Gezinsrelatie Test. In P.M. Schoorl, A.K. de Vries & M.C. Wijnekus (Red.), Gezinsonderzoek: Methoden in de gezinsdiagnostiek. Nijmegen: Dekker & Van de Vegt.
Patterson, G.R. (1982). Coercive Family Process: A social learning approach to family intervention. Oregon: Castalia Publ. Comp.
Robbroeckx, L.M.H., Schot–de Jong, L.W. van der & Otten, B.J. (1990). De gezinsbelasting bij ouders van meisjes met te vroege puberteitsontwikkeling. Kind en Adolescent, 11, 180–192.
Robbroeckx, L.M.H. & Wels, P.M.A. (1988). De Nijmeegse Vragenlijst voor de Opvoedingssituatie. In P.M. Schoorl, A.K. de Vries & M.C. Wijnekus (Red.), Gezinsonderzoek: Methoden in de gezinsdiagnostiek. Nijmegen: Dekker & Van de Vegt.
Schaar, D. van der & Schwartz, N. (1989). De ontwikkeling van de ‘Ouder–Kind Interactie Vragenlijst’. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam, Vakgroep Klinische Psychologie.
Schoenmakers, I. (1994). Het meten van de interactie tussen ouders en kinderen. Amsterdam: Vakgroep Klinische Psychologie.
Schoorl, P.M., Vries, A.K. de & Wijnekus, M.C. (Red.) (1988). Gezinsonderzoek: Methoden in de gezinsdiagnostiek. Nijmegen: Dekker & Van de Vegt.
Schwartz, N. & Schaar, D. van der (1989). Interacties tussen ouders en kinderen. Een literatuurstudie naar opvoedings– en gezinsfactoren die de kwaliteit van interacties tussen ouders en kinderen beïnvloeden. Amsterdam: Vakgroep Klinische Psychologie.
Skinner, H.A. (1987). Self–report instruments for family assessment. In Th. Jacob (Ed.), Family interaction and psychopathology. New York: Plenum Press.
Skinner, H.A., Steinhauer, P.D. & Santa–Barbara, J. (1983). The Family Assessment Measure. Canadian Journal of Community Mental Health, 2, 91–105.
Smagt, M. van der (1985). Huiselijke omstandigheden van Amsterdamse kleuters. Lisse: Swets & Zeitlinger.
Verhulst, F.C., Koot, J.M., Akkerhuis, G.W. & Veerman, J.W. (1990). Praktische handleiding voor de CBCL. Assen: Van Gorcum.
Vostanis, P. & Nicholls, J. (1995). The Family Environmental Scale: Comparison with the construct of Expressed Emotion. Journal of Family Therapy, 17, 299–315.
Wels, P.M.A. & Robbroeckx, L.M.H. (1991). Gezinsbelasting en hulpverlening aan gezinnen II: De constructie van de Nijmeegse Vragenlijst voor de Opvoedingsssituatie (NVOS). Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 30 , 63–79.
Wels, P.M.A. & Robbroeckx, L.M.H. (1993). Gezinsbelasting van ouders van residentieel opgenomen kinderen vergeleken met die van ambulant behandelde gezinnen. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 32, 109–127.
Wels, P.M.A. & Robbroeckx, L.M.H. (1994). Gezinsbelasting van ouders van residentieel opgenomen kinderen vergeleken met die van ambulant behandelde gezinnen II. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 33, 109–127.
Wiers, R.W. (1994). Psychologische mechanismen van verhoogd risico op verslaving bij kinderen van alcoholisten. De Psycholoog, 29, 63–75.
Wiers, R.W., Sergeant, J.A. & Gunning, W.B. (1994). Psychological mechanisms of enhanced risk of addiction: A dual pathway? Acta Pediatrica Supplement, 404, 9–13.
Wiers, R.W., Sergeant, J.A. & Gunning, W.B. (1996). Ouder–kind interacties en ouderlijk alcoholisme. Poster gepresenteerd op een wetenschappelijke bijeenkomst van de Nederlandse Vereniging voor Relatie– en Gezinstherapie, Amsterdam.
Wit, C.A.M. de, Goudena, P.P. & Prins, P.J.M. (1994). Gedragsstoornissen in ontwikkelingspsychopathologisch perspectief. Gedragstherapie, 27, 215–232.
Author information
Authors and Affiliations
Additional information
This article describes the development of the Parent–Child Interaction Questionnaire (PACHIQ). The PACHIQ enables clinicians and researchers to assess how each parent independently evaluates his or her relationship with each child and vice versa. The PACHIQ is based on learning theory and structural systems theory. The items refer to interpersonal behaviour and feelings. For the Child version (PACHIQ–C), a stable two–factor structure was found across three different samples (Hierarchy and Acceptation). For the Parent version (PACHIQ–P), a one–factor solution provided the best fit. Reliabilities of the sub–scales and the total scale are good, and the data regarding the validation are promising.
Dr. R. Blonk is verbonden aan de afdeling Sociale Geneeskunde van het Amsterdams Medisch Centrum (UvA).
Prof. dr. A. Lange is werkzaam aan de vakgroep Klinische Psychologie van de Universiteit van Amsterdam (UvA).
Drs. R. Wiers is verbonden aan de afdeling Kinder– en jeugdpsychiatrie van het Amsterdams Medisch Centrum (UvA) en het Amsterdam Institute for Addiction Research.
Mevr. drs. D. van der Schaar is verbonden aan het Boddaert Centrum in Leiden.
Contactadres: UvA, Vakgroep Klinische Psychologie, Roetersstraat 15, 1018 WB Amsterdam.
De auteurs zijn mevr. drs. C. Duurland erkentelijk voor haar hulp in de laatste fase van het manuscript.
About this article
Cite this article
Lange, A., Blonk, R., Wiers, R. et al. De Ouder–Kind Interactie Vragenlijst (OKIV). KIAD 18, 10–23 (1997). https://doi.org/10.1007/BF03060643
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF03060643