In dit nummer hebben we een uitgebalanceerde serie onderwerpen voor u, van curriculumontwikkeling tot onderwijsinhoud. Daarnaast wordt een artikel gewijd aan de wens tot normstelling en geeft een boekbespreking aandacht aan de ontwikkeling van de identiteit van een van de confessionele Universiteiten in Nederland.

Pols, Jippes, Verhagen, Hercules en Sauer beschrijven het ingrijpende proces van de vernieuwing van een opleiding. Hoewel de innovatie op een structurele en projectmatige manier is opgezet, is de begrote termijn van invoering met drie jaar overschreden en worden geplande vernieuwingen nu stapsgewijs ingevoerd. Deze onthullende literatuur geeft aan dat het omvangrijke en complexe proces van onderwijsinnovatie op een aantal onverwachte factoren kan rekenen. De duur die zo een proces in beslag zal nemen is daarom moeilijk te begroten. De auteurs geven een aantal aanbevelingen om te proberen de verrassingen in dit proces te beperken.

Lettinga en Boendermaker beschrijven een poging te voldoen aan de wens van huisartsopleiders te weten of hun score op een didactische vaardigheidstoets nu eigenlijk ‘goed genoeg’ was. Een – op zichzelf arbitraire – norm is vastgesteld en de consequentie daarvan voor de ratio geslaagden/ gezakten is bepaald. Voor de verhouding geslaagden/gezakten was vooraf bepaald dat er meer mensen behoorden te slagen dan te zakken. De conclusie in het artikel is dat “(...) het mogelijk is om (...) een aanvaardbare norm te stellen, die recht doet aan het educatieve karakter van de toets.” Behalve dat dit is aangetoond, heeft het artikel nog een belang; het beschrijft een zorgvuldige manier om terugrapportage van toetsresultaten inzichtelijk te maken (gerelateerd aan ‘voldoende’ of ‘onvoldoende’) terwijl de terugkoppeling ook in dienst blijft van het oorspronkelijke doel: gedetailleerde feedback, zodat de getoetste duidelijke informatie kreeg over de kwaliteit waarmee hij/zij de verschillende onderdelen verrichtte.

Beullens, Rogiers, Volkaert en Struyf uit Leuven beschrijven een voorstudie naar geprogrammeerd blended learning: een integratie van een elektronische met een fysieke leeromgeving, geïnitieerd nadat gebleken was dat studenten steeds vaker onvoorbereid op practica verschenen.

De auteurs gingen na hoe studenten en docenten deze onderwijsvernieuwing ervoeren en wat het effect was op de examenresultaten. Hoewel de studenten zelf weinig vragen stelden op het elektronische discussieforum werd het wel vaak en goed gelezen. De positieve resultaten van dit onderzoek geven aan dat de blending gelukt mag worden genoemd.

Custers bespreekt het vorig jaar verschenen boek van Van Bergen over de ontwikkeling van de Medische Faculteit van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Het is boeiend, in ieder geval voor de historisch geïnteresseerden onder onze lezers, te vernemen hoe in de afgelopen 130 jaar de opvatting over de rol die godsdienst in de opleiding geneeskunde speelde geheel veranderd is.

Ten slotte zal het u in ons vorige nummer opgevallen zijn dat een nieuwe rubriek gestart is: Cultuur en Gezondheidszorg. Van Weel gaf een beschouwing naar aanleiding van een schets door Isaac Israels over diens ziekenhuisopname. We zijn niet het eerste tijdschrift met dat idee, zie onder meer de prachtige uitgave van Academic Medicine: Ten years of medicine and the arts. Footnote 1

Het is de bedoeling van de redactie in het Tijdschrift voor Medisch Onderwijs regelmatig zulke korte beschouwingen op te nemen. We realiseren ons dat geneeskunde, en de opleiding tot geneeskundige, disciplines zijn die midden in de maatschappij staan. Deze maatschappelijke context kan geschiedkundig zijn (zie de boekbespreking in dit nummer door Custers) dan wel cultureel (zie de bijdrage van Van Weel in het vorige nummer) dan wel anderszins (politiek?).

De redactie roept lezers op hun gepassioneerde bijdragen aan deze rubriek vooral in te sturen. We hopen daarmee ook in ons tijdschrift bij te dragen aan een grotere maatschappelijke inbedding van de medische praktijk en haar opleidingen.