Skip to main content

Wat is er met me aan de hand?

  • Chapter
  • 2734 Accesses

Abstract

Volgens de zogenaamde gehechtheidstheorie heeft elk mens, en ook elk dier, de innerlijke drijfveer om zich aan anderen te hechten. Net geboren dieren en mensen hechten zich aan hun ouders. Door steeds de nabijheid te zoeken van de ouders zorgt de netgeborene dat ze voldoende eten, drinken en bescherming krijgt. Maar hechten gaat verder dan de lichamelijke noodzaak om te overleven, ook de emotionele overleving staat op het spel. Dat bleek uit één van de eerste onderzoeken die naar hechting werd gedaan. De Amerikaanse psycholoog Harry Harlow scheidde netgeboren resusaapjes van hun biologische moeder. Hij installeerde vervolgens twee surrogaatmoeders in hun kooi: eenttje van zacht en warm materiaal, en eentje van ijzerdraad. Wat bleek? De aapjes brachten meer tijd door bij de zachte surrogaatmoeder en zochten troost bij haar, zelfs al was de ijzerdraadmoeder de enige die melk gaf. Blijkbaar is aanraking en emotionele veiligheid een belangrijker reden voor de aapjes om zich te hechten dan voedsel. Nu zijn aapjes iets anders dan mensen, maar ook bij mensen werkt dit basale hechtingsmechanisme. Ook mensen zoeken emotionele intimiteit, veiligheid en zekerheid door zich aan anderen te hechten. Niet alleen baby’s hebben die behoefte, ook volwassenen. Is in de jeugd de verzorger – doorgaans de moeder of vader - de belangrijkste hechtingspersoon, op volwassen leeftijd neemt de partner deze rol over. Een gevoel van emotionele veiligheid en intimiteit is zelfs zo belangrijk dat het verstrekkende gevolgen heeft voor de geestelijke en lichamelijke gezondheid. Vergeleken met gehuwden van vergelijkbare leeftijd en welstandsniveau, hebben weduwen en weduwnaars bijvoorbeeld meer last van depressieve gevoelens, plegen ze vaker zelfmoord, lopen ze een grotere kans op hart- en vaatziekten, en komen ze vaker om het leven door moord en ongelukken.

This is a preview of subscription content, log in via an institution.

Buying options

Chapter
USD   29.95
Price excludes VAT (USA)
  • Available as PDF
  • Read on any device
  • Instant download
  • Own it forever
eBook
USD   39.99
Price excludes VAT (USA)
  • Available as EPUB and PDF
  • Read on any device
  • Instant download
  • Own it forever
Softcover Book
USD   49.99
Price excludes VAT (USA)
  • Compact, lightweight edition
  • Dispatched in 3 to 5 business days
  • Free shipping worldwide - see info

Tax calculation will be finalised at checkout

Purchases are for personal use only

Learn about institutional subscriptions

Geraadpleegde literatuur

  • Zeifman, D. & Hazan, C. (1997). Attachment: The bond in pair-bonds. In: J.A.Simpson & D.T. Kenrick (Eds.), Evolutionary social psychology (pp. 237-263). Mahwah: Lawrence Erlbaum Associates.

    Google Scholar 

  • Bartholomew, K. & Horowitz, L. (1991). Attachment styles among young adults: A test of the four category model. Journal of Personality and Social Psychology, 61, 226-244.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  • Wessels, R. & Barelds, D.P.H. (2009). Overeenkomsten of veiligheid: De invloed van hechtingsstijlen op de partnerkeuze. Bachelor scriptie, Rijksuniversiteit Groningen.

    Google Scholar 

  • Schmitt, D.P. et al. (2004). Patterns and universals of adult romantic attachment across 62 cultural regions: Are models of self and of other pancultural constructs? Journal of Cross-Cultural Psychology, 35, 367-402.

    Article  Google Scholar 

Download references

Authors

Copyright information

© 2012 Bohn Stafleu van Loghum

About this chapter

Cite this chapter

Dijkstra, P. (2012). Wat is er met me aan de hand?. In: Omgaan met hechtingsproblemen. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. https://doi.org/10.1007/978-90-313-9187-5_1

Download citation

  • DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-9187-5_1

  • Publisher Name: Bohn Stafleu van Loghum, Houten

  • Print ISBN: 978-90-313-9186-8

  • Online ISBN: 978-90-313-9187-5

  • eBook Packages: Dutch language eBook collection

Publish with us

Policies and ethics