Skip to main content

De beeldend therapeut in de organisatie

  • Chapter
Book cover Handboek beeldende therapie

Part of the book series: Methodisch Werken ((MET))

  • 4237 Accesses

Beeldend therapeuten werken in verschillende organisatievormen. Veel beeldend therapeuten werken in de geestelijke gezondheidszorg, de ggz, of in net onderwijs, een eigen praktijk of een ander werkveld. In de ggz hebben de laatste jaren veel vernieuwingen plaatsgevonden die gevolgen hebben voor de positie in de instelling van de beeldend therapeut. Deze krijgt steeds vaker te maken met meerdere doelgroe-pen op meerdere afdelingen en dus met mogelijk andere visies, verschillende teams en verschillende vraagstellingen.

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this chapter

Institutional subscriptions

Preview

Unable to display preview. Download preview PDF.

Unable to display preview. Download preview PDF.

Literatuur

  • Beek, J. L. M. van der (1992). Het inzagerecht, een nadere afweging. Medisch Contact, 47, 1234–1236.

    Google Scholar 

  • Beelen, F., Oelers, M. & Muller, S. (1989). Interactief. Deventer: Van Loghum Slaterus.

    Google Scholar 

  • Berman, A. (1994). De strijd om een eigen plek. Een inleiding in organisatiestructuren en culturen. Tijdschrijt voor Kreatieve Therapie, 13(4), 107–111.

    Google Scholar 

  • Berman, A. (1998). Perspectief voor creatieve therapie!? Tijdschrijt voor Kreatieve Therapie, 2, 20–23.

    Google Scholar 

  • Bil, P. de (2005). Observeren, registreren, rapporteren en interpreteren. Soest: Nelissen.

    Google Scholar 

  • Bitter, M. (2006). Knowledge elititation support Jor virtual multi-expertise teams, pp 134–141. Washington DC: American Psychiatric Association.

    Google Scholar 

  • Blokland-Vos, J., Giinther, G., Mook, C. van (2008). Je vak in schema’s. Ttjdschrtft voor vaktherapie, 2.

    Google Scholar 

  • Bolscher, A. M. E. & Wijkstra, J. (1993). Inzagerecht en teambehandeling in de psychiatric. Tijdschrijt voor Gezondheidsrecht, 189–95.

    Google Scholar 

  • Born, J.van der (2001). Dagbesteding, meer dan tijdsbesteding, zoeken naar betekenis. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

  • Broeck, E. van den (2007). Vooronderzoek naar de mogelijkheden van samenwerking tussen Bijzondere Jeugdzorg en Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Gefinancierd door Cera-foundation. Opdracht aan OSBJvzw.

    Google Scholar 

  • Bruyn, E.E.J, de e.a. (2003). De diagnostische cyclus. Een praktijkleer. Leuven/Voorburg: Acco.

    Google Scholar 

  • Coördinatie Orgaan Nascholingen en Opleiding in de Gezondheidszorg. (2000). Adviesnota voor de minister over de beroepenstructuur dat een transparante en doelmatige verdeling tussen de in de GGZ werkzame beroepen beoogt. Utrecht: Auteur.

    Google Scholar 

  • Drieschner, K. & Pioch, A. (2001). Een pragmatische benadering ter ontwikkeling van modules. Tijdschnjt voor creatieve therapie, 4.

    Google Scholar 

  • Drieschner, K. (2002). Het ontwikkelen van creatief therapeutische producten. Tijdschrift voor creatieve therapie, 1.

    Google Scholar 

  • Federatie Vaktherapeutische Beroepen (2008). Projiel van de vaktherapeutische beroepen. Utrecht: FVB.

    Google Scholar 

  • Federatie Vaktherapeutische Beroepen. (2008). Projiel van de vaktherapeutische beroepen. Utrecht.

    Google Scholar 

  • GGNet (2003). Interne uitgave. Vakgroep CT/PMT.

    Google Scholar 

  • Graamans, J. (2002). Verschillen en overeenkomsten tussen arbeids-, bezigheids- en kreatieve therapie. Tijdschnjt voor Creatieve therapie, 3, 20–24.

    Google Scholar 

  • Haeyen, S. (2007). Niet uitleven maar beleven. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

  • Hattum, M. van & Hutschemaekers, G. (2000). Vakiuerk. Producttuperingen van vakthera- peuten voor het programma stemmingsstoornissen. Utrecht: Trimbos-instituut.

    Google Scholar 

  • Hellendoorn, J., Groothoff, E., Mostert, P. & Harinck, F. (1986). Beeldcommunicatie, een vorm van kinderpsuchotherapie. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

  • Hellendoorn, J. (red.) (1988). Therapie kind en spel. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

  • Hutschemaekers, G. & Neijmeijer, L. (1998). Beroepen in beweging. Prqfessionalisering en grenzen van de multidisciplinaire GGZ. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

  • Janson, E., Rijssen, J. van & Nijenhuis, D. (2006). Winst of verlies? DBC voor vakthe- rapeuten. Tijdschnjt voor vaktherapie, 1.

    Google Scholar 

  • Jonghe, F., Janssen, R. & Rijnierse, P. (1987,19883,1988b). Uitzicht op inzicht I, II, III. Tijdschrift voor psychotherapie.

    Google Scholar 

  • Klijn, W. & Scheler-Dikkers, S. (2006). Waar tuoorden tekort schieten. Leuven: Acco.

    Google Scholar 

  • Koerselman, G. F.(1988). Inzagerecht: een psychiatrisch probleem of een probleem van psychiaters?. Medisch Contact, 43, 854–855.

    Google Scholar 

  • Laming, C. (2002). Activiteitenmethodiek voor agogische beroepen. Baarn: HB.

    Google Scholar 

  • Lange, J. de (2005). Terug naar Heiloo. Tijdschrift voor vaktherapie, 2.

    Google Scholar 

  • Legemaate, J. (1986). Het inzagerecht in de psychiatric. Maandblad voor geestelijke Volks- gezondheid, 11, 1109–22.

    Google Scholar 

  • Lommel, A. B. van & Veen, E. B. van (red.) (1999). De WGBO. De betekenis voor de hulp- verleners in de gezondheidszorg. Lelystad: Koninklijke Vermande.

    Google Scholar 

  • Lubbers, R. (1988). Psychotherapie door beeld- en begripsvorming. Nijmegen: Dekker & Van de Vegt.

    Google Scholar 

  • Nederlandse Vereniging voor Beeldende therapie (2007). Folder Beeldende Therapie. Utrecht: NVBT.

    Google Scholar 

  • Nederlandse Vereniging voor Kreatieve therapie (2000). Folder tuintherapie. Hilversum: NVKT.

    Google Scholar 

  • Neijmeijer, L., Wijgert, J. van de & Hutschemaekers, G. (1996). Beroep: vaktherapeut/ begeleider. Utrecht: NcGv.

    Google Scholar 

  • NVCT (1999), Beroepsprofiel creatief therapeut beeldend, Utrecht.

    Google Scholar 

  • NVCT (1999), Beroepsprofiel creatief therapeut dans, Utrecht.

    Google Scholar 

  • NVCT (1999), Beroepsprofiel drama therapeut Utrecht.

    Google Scholar 

  • NVCT (1999), Beroepsprofiel muziektherapeut, Utrecht.

    Google Scholar 

  • Pieters, A. & Henskens, B. (1999–2001). Meerjarig cliënttevredenheidsonderzoek. In opdracht van de Zelfstandig gevestigde creatief therapeuten.

    Google Scholar 

  • Profiel van de Vaktherapeutische Beroepen, april 2007

    Google Scholar 

  • Rauh, W. & Duijnhoven, D. van (2004). Vaktherapie onder de loep. Ttjdschrift voor vaktherapie, 2.

    Google Scholar 

  • Regouin, W. & Schamp, P. (2006). Rapportage, gids voor zorg, hulp- en dienstverlening. Assen: Van Gorcum.

    Google Scholar 

  • Remmerswaal, J. (2004). Handboek groepsdynamica. Soest: Nelissen.

    Google Scholar 

  • Rijssen, J. van (2005). Samen sterker. Ttjdschrift voor ualrtherapie, 2.

    Google Scholar 

  • Roos, S. de (1998). Diagnostiek en planning in de hulpverlening: een dynamische cyclus. Bussum: Coutinho.

    Google Scholar 

  • Schaverien, J. (1989). The picture within the frame. In A. Gilroy & T. Dalley (eds.). Pictures at an exhibition. Londen: Travistock/Woodledge.

    Google Scholar 

  • Schweizer, C. & Visser, C. (2006). Verschil moet er zijn. Onderzoek naar overeenkomsten en verschillen in interventies met kunstzinnkje middelen door de creatieve agoog en de creatief therapeut. Leeuwarden: Stenden Hogeschool.

    Google Scholar 

  • Schweizer, C. (2001). In beeld. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

  • Smeijsters, H. (2000). Handboek creatieve therapie. Bussum: Coutinho.

    Google Scholar 

  • Smeijsters, H. (2005). Praktijkonderzoek in ualrtherapie. Bussum: Coutinho.

    Google Scholar 

  • Ttjdschrift voor creatieve therapie (1996/4). Themanummer De praktijk van de eigen praktijk.

    Google Scholar 

  • Ttjdschrift voor creatieve therapie (2002/2). Themanummer 40 jaar NVCT.

    Google Scholar 

  • Ttjdschrift voor creatieve \therapie (2001/4). Themanummer Modulen.

    Google Scholar 

  • Tonkens, E. (2004). Een creatief therapeut is (g)een boekhouder. Ttjdschrift voor vaktherapie, 3.

    Google Scholar 

  • Tuender, G. (2007). Vaktherapie in de eigen praktijk. Een praktijkonderzoek met interviews van valrtherapeuten (dvd). Nijmegen: HAN.

    Google Scholar 

  • UMCG informatiebeveiliging 2008. Vuistregels voor medewerkers.

    Google Scholar 

  • Verheij, F. e.a. (2005). Integratieve kinder- en jeugdpsychotherapie. Assen: Van Gorcum.

    Google Scholar 

  • Weisfelt, P. (2000). Op weg naar gezondheid. Baarn: Nelissen.

    Google Scholar 

  • Wet Bescherming Persoonsgegevens

    Google Scholar 

  • Wgbo. artikel 7:446, lid 1 BW. Afdeling 5. De overeenkomst inzake geneeskundige behandeling.

    Google Scholar 

  • Wheeler, B. (2005). Music therapy research. Barcelona: Barcelona Publishers.

    Google Scholar 

  • Yalom, I.D. (1988). Groepspsychotherapie in theorie en praktijk. Deventer: Van Loghum.

    Google Scholar 

  • Yalom, I.D. (1991). Groepspsychotherapie in theorie en praktijk. Houten/Antwerpen: Bohn Stafleu van Loghum.

    Google Scholar 

Download references

Authors

Copyright information

© 2009 Bohn Stafleu van Loghum

About this chapter

Cite this chapter

Schweizer, C., de Bruyn, J., Haeyen, S., Henskens, B., Visser, H., Rutten-Saris, M. (2009). De beeldend therapeut in de organisatie. In: Handboek beeldende therapie. Methodisch Werken. Bohn Stafleu van Loghum, Houten. https://doi.org/10.1007/978-90-313-7348-2_7

Download citation

  • DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-7348-2_7

  • Publisher Name: Bohn Stafleu van Loghum, Houten

  • Print ISBN: 978-90-313-5253-1

  • Online ISBN: 978-90-313-7348-2

  • eBook Packages: Dutch language eBook collection

Publish with us

Policies and ethics