Samenvatting
Internationale studenten die in Nederland komen studeren worden geconfronteerd met een uniek drugsbeleid, waarbij het kopen van cannabisproducten wordt gedoogd in daarvoor aangewezen verkooppunten, de zogenoemde coffeeshops. Het is de vraag hoe zij hierop reageren. In dit artikel worden de resultaten gepresenteerd van een kleinschalig en lokaal onderzoek naar de veronderstelde acceptatie en het gebruik van cannabis onder 334 internationale studenten en als referentie 142 Nederlandse studenten die allen in de stad Groningen studeren. Het onderzoek geeft inzicht in de wisselwerking tussen sociale normen en cannabisgebruik. Het cannabisgebruik onder internationale studenten die in Groningen studeren ligt aanzienlijk hoger dan onder Nederlandse studenten, wat mogelijk wordt verklaard door het misplaatste beeld over Nederland dat bestaat onder internationale studenten. Deze laatste groep heeft relatief vaak het idee dat (dagelijks) cannabisgebruik niet wordt afgekeurd. Bovendien hebben internationale studenten de indruk dat er in Nederland meer cannabis wordt gebruikt dan elders in Europa, terwijl uit internationaal onderzoek blijkt dat dit niet het geval is. Verder toont dit onderzoek aan dat de ideeën die (internationale) studenten hebben omtrent acceptatie en gebruik van cannabis samenhangen met het daadwerkelijk gebruik. De resultaten bieden aanknopingspunten voor het opstellen van preventieve maatregelen om (problematisch) cannabisgebruik onder (internationale) studenten tegen te gaan.
Abstract
International students who come to study in the Netherlands face a unique drug policy, where the purchase of cannabis products is tolerated in special points of sales, the so-called coffee shops. The question is how they respond to this. This article presents the results of a small-scale and local research about the supposed approval and the use of cannabis among 334 international students and, as a reference, 142 Dutch students, all studying in the city of Groningen. The study provides insight into the interaction between social norms and cannabis use. Cannabis use among international students studying in Groningen is significantly higher than among Dutch students, which may be explained by the misguided idea about the Netherlands that exists among international students. The latter group tends to think that (daily) use of cannabis is not disapproved by society. Moreover, international students have the impression that in the Netherlands, cannabis is used more often than elsewhere in Europe, while international research shows that this is not the case. Furthermore, this study shows that the ideas that (international) students have about the approval of the use of cannabis is associated with the actual use. The results provide guidance for setting up preventive measures to counter (problematic) cannabis use among (international) students.
This is a preview of subscription content,
to check access.Notes
De enquêtes zijn afgenomen door de twee alumni toegepaste psychologie Jeff Schaafsma en Hanna van Wagensveld. Zij hebben de dataverzameling verricht in het kader van hun scriptie (Schaafsma en Van Wagensveld 2014).
De leeftijden van de respondenten liepen uiteen van 16-37 jaar, met een gemiddelde van 22 jaar. Van de geënquêteerden was 46 % man, terwijl 54 % van het vrouwelijk geslacht was. Verder was 29 % van de respondenten bezig met een opleiding aan de Hanzehogeschool, terwijl 71 % een universitaire opleiding volgde.
De laatste groep bestaat uit studenten uit onder meer (Noord-, Midden- en Zuid-) Amerika, Afrika en Oceanië. Vanwege de diversiteit is deze subgroep bij de analyses buiten beschouwing gelaten.
De uitkomsten van de vergelijking tussen de verschillende subgroepen zijn getoetst op ‘toeval’. In de statistische toetsing is uitgegaan van een betrouwbaarheidsinterval van 95 %. Er is gebruik gemaakt van de chi-kwadraattoets, de t-toets en post-hoctesten. Om de samenhang tussen bepaalde variabelen te toetsen (correlatie), is gebruik gemaakt van Pearsons r.
Er zijn bij ons geen andere onderzoeken over cannabisgebruik onder studenten bekend, waardoor vergelijkingen niet mogelijk zijn.
Met actuele gebruikers wordt gedoeld op respondenten die in de afgelopen dertig dagen één of meer keren cannabis hebben gebruikt. In de vragenlijst is de term softdrugs gebruikt, waarbij ter verduidelijking is toegelicht dat dit een verzamelnaam is voor zowel hasj als wiet.
Ook uit ander onderzoek is bekend dat Nederlandse coffeeshops een aantrekkingskracht hebben op jongvolwassenen (Ooyen-Houben et al. 2014). Coffeeshops in de grenssteden worden ook na invoering van het Ingezetenencriterium nog steeds bezocht door (jeugdige) drugstoeristen uit onze buurlanden.
Hierbij zijn alle internationale studenten als groep vergeleken met de groep Nederlandse studenten.
Zie bijvoorbeeld alcoholcampagnes die via verspreiden van accurate norminformatie op posters in universiteitsgebouwen (met teksten als ‘Two thirds of Northern Illinois University students (72 %) drink 5 or fewer drinks when they party’) effectief zijn gebleken en hebben geleid tot vermindering van alcoholconsumptie (Perkins en Craig 2002; Berkowitz 2005).
De belangrijkste boodschappen die in de voorlichting kunnen worden benadrukt zijn de volgende: in Nederland is de verkoop van cannabis illegaal, maar het wordt gedoogd. Een klein deel van de Nederlanders gebruikt cannabis, terwijl de meerderheid dagelijks cannabisgebruik afkeurt.
Literatuur
Ajzen, I. (1991). The theory of planned behavior. Organizational Behavior and Human Decision Processes, 50, 179–211.
Arria, A. M., Garnier-Dykstra, L. M., Cook, E. T., Caldeira, K. M., Vincent, K. B., Barron, R. A., Kevin, E., & O’Grady, K. E. (2013) Drug use patterns in young adulthood and postcollege-employment. Drug and Alcohol Dependence, 127, 23–30.
Berkowitz, A. D. (2005). An overview of the social norms approach. In L. Lederman & L. Stewart (Eds.), Changing the culture of college drinking: a socially situated health communication campaign (pp. 193–214). Cresskill: Hampton Press.
EMCDDA (2014). Europees drugsrapport. Trends en ontwikkelingen. Luxemburg: EMCDDA.
Horwood, L. J., Fergusson, D. M., Hayatbakhsh, M. R., Najman, J. M., Coffey, C., Patton, G. C., Silins, E., & Hutchinson, D. M. (2010) Cannabis use and educational achievement: findings from three Australasian cohort studies. Drug and Alcohol Dependence, 110, 247–253.
Laar, M. van, & Ooyen-Houben, M. van (2013). Nationale Drug Monitor. Jaarbericht 2012. Utrecht: Trimbos-instituut.
Laar, M. van, Dorsselaer, S. van, Monshouwer, K., & Graaf, R. de (2007). Cannabisgebruikers kampen vaak met psychische stoornissen. Verslaving, 3, 3–14.
LaBrie, J. W., Hummer, J. F., Lac, A., & Lee, C. M. (2010). Direct and indirect effects of injunctive norms on marijuana use: the role of reference groups. Journal of Studies on Alcohol and Drugs, 71, 904–908.
Lynskey, M., & Hall, W. (2000) The effects of adolescent cannabis use on educational attainment: a review. Addiction, 95, 1621–1630.
Neighbors, C., Geisner, I. M., & Lee, C. M. (2008). Perceived marijuana norms and social expectancies among entering college student marijuana users. Psychology of Addictive Behaviors, 22, 433–438.
Niesink, R., & Laar, M. van (2012). THC, CBD en gezondheidseffecten van wiet en hasj: recente inzichten. Utrecht: Trimbos-instituut.
Nieuwenhuis, M., & Postmes, P. (2010). Grensoverschrijdend gedrag onder Groningse studenten. Een onderzoek naar omvang, trends en verklarende factoren. Groningen: Instituut voor Integratie en Sociale Weerbaarheid.
Ooyen-Houben, M. van, Bieleman, B., & Korf, D. (2014). Coffeeshops, toeristen en lokale markt. Evaluatie van het Besloten club- en het Ingezetenencriterium voor coffeeshops. Den Haag: WODC.
Perkins, H. W., & Craig, D. A. (2002). A multi-faceted social norms approach to reduce high-risk drinking: Lessons from Hobart and William Smith colleges. Newton: Higher Education Center for Alcohol and Other Drug Prevention.
Perkins, H. W., & Wechsler, H. (1996). Variation in perceived college drinking norms and its impact on alcohol abuse: a nationwide study. Journal of Drug Issues, 26, 961–974.
Pol, P. van der, Liebregts, N., Graaf, R. de, Korf, D. J., Brink, W. van den, & Laar, M. van (2011). The Dutch Cannabis Dependence (CanDep) study on the course of frequent cannabis use and dependence: objectives, methods and sample characteristics. International Journal of Methods in Psychiatric Research, 20, 169–181.
Pol, P. van der, Liebregts, N., Graaf, R. de, Have, M. ten, Korf, D.J., & Brink, W. van den (2013). Mental health differences between frequent cannabis users with and without cannabis dependence and the general population. Addiction, 108, 1459–1469.
Schaafsma, J. G. C., & Wagensveld, H. van. (2014). Softdrugs: hoezo normaal? (Bachelorthese Toegepaste Psychologie.) Groningen: Hanzehogeschool Groningen.
Wijk, S. van der (2014). Buitenlandse studenten en softdrugsgebruik. Kwalitatief onderzoek naar de sociale norm softdrugsgebruik onder buitenlandse studenten. (Bachelorthese Toegepaste Psychologie.) Groningen: Hanzehogeschool Groningen.
Wisselink, D. J., & Ouwehand, A. W. (2011). Vijftien jaar cannabishulpvraag in Nederland: belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor cannabisproblematiek in de verslavingszorg 1995–2009. Houten: Stichting Informatie Voorziening Zorg.
Author information
Authors and Affiliations
Corresponding author
Rights and permissions
About this article
Cite this article
van den Bos, A., Nijkamp, R. & Bieleman, B. Klompen, tulpen en nederwiet. Verslav 11, 119–129 (2015). https://doi.org/10.1007/s12501-015-0023-0
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12501-015-0023-0