Skip to main content
Log in

Urineafwijkingen en elektrolytstoornissen

  • Artikelen
  • Published:
Bijblijven

Samenvatting

Kwalitatief onderzoek van de urine kan in elke praktijk eenvoudig en snel worden verricht. Dit onderzoek kan helpen bij het vaststellen van nieraandoeningen en/of nierschade. Bij afwijkende bevindingen zal meestal aanvullend onderzoek nodig zijn. Met de introductie van de term ‘microalbuminurie’ is de nadruk meer komen te liggen op het kwantitatieve urineonderzoek. In deze bijdrage bespreken we de meest voorkomende urineafwijkingen: proteïnurie, hematurie en leukocyturie.

Elektrolytstoornissen treden vaak op bij patiënten met een ernstige nierinsufficiëntie, maar kunnen ook geïsoleerd voorkomen (dus bij patiënten met een normale GFR) als gevolg van (vaak aangeboren) afwijkingen in tubulustransport en/of het gebruik van medicamenten zoals diuretica, ACE-remmers of protonpompremmers. In deze bijdrage worden de stoornissen in elektrolyt- en mineralenhuishouding kort besproken.

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Figuur 1
DM = diabetes mellitus. * ‘Indien afwijkend’ wil zeggen: afwijkende eGFR en/of ernstige hypertensie (onvoldoende gecontroleerde bloeddruk > 140/90 met ten minste drie antihypertensiva) en/of erytrocyturie en/of een anamnese passend bij systeemziekte of familiaire nierziekte. ** ‘Indien afwijkende controle bij microalbuminurie’ wil zeggen: duidelijke toename van microalbuminurie, ondanks goed gereguleerde bloeddruk of niet te reguleren hypertensie (onvoldoende gecontroleerde bloeddruk > 140/90 met ten minste drie antihypertensiva) en/of een afwijkende eGFR.
Figuur 2
a) Monomorfe erytrocyten passend bij non-glomerulaire hematurie. De rode bloedcellen zijn uniform van grootte en vorm. b) Dysmorfe erytrocyten passend bij glomerulaire hematurie. De rode bloedcellen zijn klein, verschillend van grootte en vorm en hebben wisselende hemoglobine-inhoud. c) Acanthocyten. Dit zijn dysmorfe erytrocyten met ‘blebs’ op hun membraan, ook wel ‘Mickey Mouse oren’ genoemd. Ze passen typisch bij een glomerulaire origine van de hematurie.
Figuur 3
* Waarschijnlijk is er sprake van een IgA-nefropathie of een dunne basaalmembraan nefropathie.

Literatuur

  • Floege J, Johnson RJ, Feehally J. Comprehensive clinical nephrology. 4th edition. Philadelphia: Elsevier, 2010.

    Google Scholar 

  • Het acute boekje. Richtlijnen voor de diagnostiek en behandeling van aandoeningen op het gebied van inwendige specialismen. Alphen aan den Rijn: Van Zuiden, 2009.

  • Landelijke Transmurale Afspraak (LTA) Chronische nierschade. NHG-NfN, 2009.

  • Nederlandse Internisten Vereniging. Richtlijn elektrolytstoornissen. NIV, 2012.

Download references

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Additional information

internist nefroloog i.o., Radboudumc Nijmegen

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Check for updates. Verify currency and authenticity via CrossMark

Cite this article

de Waal, Y., Kerckhoffs, A. Urineafwijkingen en elektrolytstoornissen. Bijblijven 30, 24–43 (2014). https://doi.org/10.1007/s12414-014-0022-9

Download citation

  • Published:

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/s12414-014-0022-9

Navigation