Samenvatting
De meest voorkomende klepvitia zijn de aortaklepstenose, aortaklepinsufficiëntie en de mitralisklepinsufficiëntie. Klepafwijkingen kunnen zowel acuut als chronisch voorkomen. In de praktijk presenteren patiënten met de chronische vormen zich vaak met dyspneuklachten, al dan niet inspanningsgebonden, en angina pectoris. De acute klepvitia presenteren zich vaak met shock. Bij lichamelijk onderzoek let men vooral op geruisen over het hart en tekenen van ernstig kleplijden, zoals hartfalen. Het elektrocardiogram kan daarbij ondersteunen. Het onderzoek bij uitstek voor het vaststellen van (de ernst) van klepvitia is echocardiografie. Naast medicamenteuze therapie is chirurgische interventie de belangrijkste behandeling van ernstig kleplijden.
De antwoorden op de vragen bij de volgende casussen vindt u aan het eind van het artikel.
Literatuur
Roelandt JRTC, Peters R, Robles de Medina EO, et al. Cardiologie. Houten/Mechelen: Bohn Stafleu Van Loghum, 2002.
Meer J van de. De thorax. In: Meer J van der, Laar A van ’t, editors. Anamnese en lichamelijk onderzoek. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg, 2004:143-78.
Jongh TOH de, Meursing BTJ. Thorax. In: Jongh TOH de, Buis J, Daelmans HEM, Dekker MJ, Jongh E de, Kramer WLM, editors. Fysische diagnostiek. Houten: Bohn Stafleu van Loghum, 2010:97-138.
Meursing BTJ, Lamfers EJP. Handboek hartfalen. 1st ed. Houten: Bohn Stafleu van Loghum, 2011.
Author information
Authors and Affiliations
Additional information
AIOS huisarts gezondheidscentrum ’t Weeshuis te Nijmegen (ANIOS cardiologie CWZ Nijmegen)
cardioloog, CWZ Nijmegen
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Claassen, M., Meursing, B. Geruis in de huisartsenpraktijk. Bijblijven 29, 30–35 (2013). https://doi.org/10.1007/s12414-013-0076-0
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12414-013-0076-0