Samenvatting
Een groothandel in geneesmiddelen stelt zich in een kort geding op het standpunt dat een bereidingsapotheek in strijd handelt met de artikelen 10 en 18 Geneesmiddelenwet door de levering van een niet-geregistreerd middel dat als een therapeutisch equivalent is aan te merken van een geregistreerd geneesmiddel. Hiermee zou de bereidingsapotheek onrechtmatig handelen jegens de groothandel. De voorzieningenrechter overweegt dat op de hoofdregel van de artikelen 18 en 40 Geneesmiddelenwet – het verbod op vervaardiging en terhandstelling van geneesmiddelen zonder de daarvoor vereiste vergunningen – een uitzondering bestaat voor incidentele collegiale bereidingen, te vinden in een gedragslijn geformuleerd door de IGZ.
Author information
Authors and Affiliations
Rights and permissions
About this article
Cite this article
, . Collegiale levering door bereidingsapotheek; therapeutische equivalentie; schending Geneesmiddelenwet; onrechtmatig handelen jegens groothandel in geneesmiddelen; relativiteit. TGVR 33, 576–581 (2009). https://doi.org/10.1007/BF03081668
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF03081668