Skip to main content
Log in

Op zoek naar postconventionele supervisiekunde

Over De illusie van voltooidheid van Bert Coenen

  • Artikel
  • Published:
Supervisie en Coaching

Samenvatting

Het gebeurt in Nederland niet zo vaak dat de wereld van professioneel begeleiden object is van wetenschappelijk onderzoek. Nog minder frequent is het uitmonden van zo’n onderzoek in een academisch proefschrift (Andriessen, 1975; Griffioen, 1980). In 2003 promoveerde Bert Coenen op een dissertatie onder de titel De illusie van voltooidheid. Een onderzoek naar de ontwikkeling van supervisie in Nederland (Coenen, 2003a).

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Notes

  1. We gaan in onze beschrijving uit van de dissertatie, geven ter plekke aan op welke punten dissertatie en handelseditie verschillen en proberen zo veel mogelijk naar beide teksten te verwijzen.

  2. Het overwogen alternatief van een recensent buiten het redactiecircuit bleek geen oplossing. Deze kan door de associatie met het tijdschrift hetzelfde verwijt treffen als personen binnen dit circuit.

  3. In deze passage is gebruik gemaakt van aanduidingen van postconventionaliteit zoals geformuleerd door Rest, Narevez, Bebeau & Thoma (1999, 36-43): a sharable ideal, open to rational critique, and challenged by new experience, by logical analysis, and by evidence, fairminded and impartial.

  4. Voor de volledigheid: de uitkomst van een postconventioneel debat kan ook zijn het handhaven van bestaande conventies, nadat deze zijn getoetst op geldigheid en bruikbaarheid.

  5. Op de achtergrond speelt de vraag of hier wel sprake is van een coherent handboek, gezien de aard van de bijdragen. Onder meer door de diversiteit van de gekozen uitgangspunten lopen die erg uiteen.

  6. Enige tijd geleden is Petzold gevraagd om in een artikel voor (toen nog) Supervisie in opleiding en beroep zijn supervisieconcept nader toe te lichten. Helaas is hij op dit verzoek (nog) niet ingegaan.

  7. Sinds jaar en dag vermeldt het colofon daarover bijvoorbeeld dat artikelen waarin een ander supervisieconcept wordt gehanteerd eventueel met een nadere toelichting door de redactie zullen worden opgenomen.

  8. ‘Espoused theories’ zijn volgens Schön (1987, 255-256) de met de mond beleden theorieën die we omarmen om ons gedrag te verklaren of te rechtvaardigen. ‘Theories-in-use’ daarentegen zijn de stilzwijgende theorieën die impliciet aanwezig zijn in onze patronen van spontaan gedrag in relatie met anderen. ‘Espoused theories’ en ‘theories-inuse’ zullen lang niet altijd samenvallen. ‘Double loop learning’ is erop gericht de theories-inuse boven water te krijgen, kritisch te bekijken en zo nodig te vervangen door meer effectieve in het kader van geïntegreerde beroepsbeoefening.

  9. Op dit punt blijkt Coenen, zoals gezegd, verkeerd geïnformeerd: het tijdschrift is altijd zelfstandig geweest. Het LVSB-bestuur heeft alleen, tegen de zin van 74% van de leden in, het collectieve abonnement opgezegd per 1999 en zich teruggetrokken uit het stichtingsbestuur. Voor de redactie betekende dit een gelegenheid tot koersvernieuwing. Deze en andere misvattingen over feiten en toedrachten zijn hem eerder meegedeeld (zie Van Brederode, 2002). Dat roept de vraag op naar zijn motieven om tóch vast te houden aan pertinente onwaarheden.

  10. Dit betreft de recensies van Handboek Supervisie en Intervisie in de psychotherapie (Van Praag en Van Praag-van Asperen, 1993); van Coaching, Een inleiding voor praktijk en opleiding. Coaching voor de coach (Schreyögg, 1996); van Integrative Supervision, Meta-consulting & Organizationsentwicklung. Modelle und Methode reflexiver Praxis. Ein Handbuch (Petzold, 1998); van Supervisie in postmodern perspectief (Banning, 2000); van Reflecteren door professionele begeleiders en Verwerven van het supervisorschap (beide Merkies, red., 2000).

Bibliografie

  • Andriessen, H. (1975). Leren aan ervaring en supervisie. Nijmegen: Dekker & van de Vegt.

  • Banning, H. (2000). Supervisie in postmodern perspectief. Kwaliteitsontwikkeling en reflectie. Baarn: Nelissen.

  • Bennink, H. (1994). Het innerlijk universum van de supervisor. Supervisie in opleiding en beroep, 11 (3) 3-22.

  • Bennink, H. (2001). Traditie en vernieuwing van het Nederlands supervisieconcept. Supervisie in opleiding en beroep, 18 (4) 182-198.

  • Brederode, C. van (2002). Bert Coenens verslag en de feiten. Forum, 8 (4) 16-17.

    Google Scholar 

  • Coenen, B. (2003a). De illusie van voltooidheid. Een onderzoek naar de ontwikkeling van supervisie in Nederland. Soest: Nelissen.

  • Coenen, B. (2003b). Een onderzoek naar de ontwikkeling van supervisie in Nederland. Een illusie van voltooidheid. Soest: Nelissen.

  • Griffioen, J. (1980). Supervisie van beginnende leraren. Groningen: Wolters-Noordhoff.

  • Haan, D. (1999). Pastorale supervisie in Nederland; een verkenning. Supervisie in opleiding en beroep,16 (4) 33-20.

  • Landelijke vereniging voor supervisie en andere begeleidingsvormen (2002). Registratie. Regelgeving betreffende registratie van (leer)supervisoren en opleiders en erkenning van opleidingsonderdelen. Wijchen: lvsb.

  • Merkies, Q.L. (red.) (2000). Reflecteren door professionele begeleiders. Leuven/Apeldoorn: Garant.

  • Merkies, Q.L. (red.) (2000). Verwerven van het supervisorschap. Leuven/Apeldoorn: Garant.

  • Petzold, H.G. (1998). Integrative Supervison, Meta-Consulting & Organizationsentwicklung - Modelle und Methoden reflexiver Praxis. Ein Handbuch. Paderborn: Junfermann Verlag.

  • Praag-Van Asperen, H.M. & Praag, Ph.H. van (red.) (1993). Handboek supervisie en intervisie in de psychotherapie. Amersfoort: Academische uitgeverij.

  • Praag-Van Asperen H.M. & Praag, Ph.H. van (red.). (2000). Handboek supervisie en intervisie. Leusden: De Tijdstroom.

  • Regouin, W. (1998). Continuïteit en vernieuwing. Terugblik op 15 jaar ‘Supervisie in opleiding en beroep’. Supervisie in opleiding en beroep, 15 (4) 182-194.

    Google Scholar 

  • Regouin, W. (2001). Collegiaal respect en kritiek. Forum, 7 (2) 21.

    Google Scholar 

  • Regouin, W. (2003). Professionalisering van leer- en werkbegeleiding. Thematische terugblik op de periode 1983-2003. Supervisie & Coaching, 20 (3) 131-145.

    Google Scholar 

  • Rest, J., Narveez, D., Bebeau, M.J. & Thoma, S.J. (1999). Postconventional Moral Thinking. A Neo-Kohlbergian Approach. Mahwah, NJ: Lawrence Erlbaum Associates.

  • Schön, D.A. (1987). Educating the Reflective Practitioner. Towards a New Design for Teaching and Learning in the Professions. San Francisco: Jossey Bass.

  • Schreyögg, A. (1997). Coaching. Een inleiding voor praktijk en opleiding. Coaching voor de coach. Amsterdam: Addison Wesley Longman.

  • Siegers, F. (1995). Instellingssupervisie. Leren over werk in de context van leiden - begeleiden - samenwerken. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.

  • Siegers, F. (1996). Supervisie als methodiek: een complexe thematiek. Supervisie in opleiding en beroep, 13 (2) 55-68.

  • Siegers, F. (2002). Handboek Supervisiekunde. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.

  • Siegers, F. & Haan, D. (1983/1988). Handboek supervisie. Alphen a/d Rijn: Samsom.

  • sppb, Redactie & bestuur (2000). Een vreemde enquête. Supervisie in opleiding en beroep, 17 (2) 50.

  • Strien, P. van (1986). Wetenschap als praktijk. Assen/Maastricht: Van Gorcum.

Download references

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Additional information

Drs. Hans Bennink is onder meer supervisor en drs. Willemine Regouin is onder meer leersupervisor. Zij schreven het artikel als lid van de redactie van dit tijdschrift.

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Bennink, H., Regouin, W. Op zoek naar postconventionele supervisiekunde. SPEC 21, 110–121 (2004). https://doi.org/10.1007/BF03079727

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF03079727

Navigation