Skip to main content
Log in

Teambegeleiding: een introductie

  • Artikel
  • Published:
Supervisie en Coaching

Samenvatting

In veel moderne organisaties staat het werken in teams volop in de belangstelling, zowel vanwege het stimuleren van de economische productiviteit als ter vergroting van betrokkenheid en arbeidssatisfactie. Werken in teamverband is vooral geïndiceerd waar het gaat om complexe taken met een hoge mate van onderlinge samenhang en weinig standaardisatie, die vragen om klantgerichtheid, souplesse, zelfsturing, frequente interactie in saamhorigheid en een professionele opstelling. Het zal geen verbazing wekken dat werken in teamverband niet steeds vanzelfsprekend goed gaat en dat enigerlei vorm van teambegeleiding gewenst is. Uitgangspunt is hier dat specifieke begeleidingsthema's vragen om een daarbij passende begeleidingsmethodiek.

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Notes

  1. Een boeiende staal- kaart van werken in (zelfsturende) teams in de dienstverlening bieden Benders en Van Amelsvoort (2000).

  2. Dat betekent dat een team altijd een of andere vorm van leiderschap nodig heeft, al was het maar roulerend (vgl. Vroemen, 1995, 61-63).

  3. Over zin en onzin van teamrolmanagement wordt overigens verschillend gedacht. Ik volsta met enkele opmerkingen. Uiteraard is het belangrijk dat alle teamfuncties naar behoren worden vervuld. Welke teamfuncties in welke verhouding ideaal zijn in een specifiek team, hangt echter af van de taakinhoud van dat team. Zo vraagt een op innovaties gericht ontwikkelteam qua teamrollen een andere samenstelling dan een opsporingsteam bij de politie. De teambegeleider kan het tot diens taak rekenen, de samenstelling van het team vanuit dit gezichtspunt te bekijken. Blijkt die samenstelling niet ideaal te zijn en zelfs niet optimaal, dan liggen voor de teambegeleider enkele interventiemogelijkheden open. Vervanging van teamleden die teamrollen vervullen die al oververtegenwoordigd zijn is veelal vanuit rechtspositioneel oogpunt niet mogelijk. Bij verloop in het team kan uiteraard wel rekening gehouden worden met gewenste aanvullende teamrolkwaliteiten door nieuwe teamleden daarop te selecteren. Voor het overige kan de teambegeleider proberen reeds aanwezige teamrolkwaliteiten verder te ontwikkelen op basis van affiniteit (mensen hebben vaak qua karakter en aanleg voorkeuren voor bepaalde teamrollen). Het is daarbij zelden zo dat teamleden hoog scoren op maar één teamrol. Dit laat ruimte open voor ontwikkeling van vaardigheden die horen bij andere teamrollen. Het is echter precies een van de zwakten van teamrolmanagement: als teamleden twee of drie teamrollen goed beheersen en nog eens twee of drie in wat mindere mate, wordt daarmee de scherpte aan teamrolmanagement ontnomen. Desondanks is het ontwikkelen van teamvaardigheden een belangrijke taak van de teambegeleider (vgl. Belbin, 1998; Heijmans, 1999).

  4. Een bijzonder intrigerend model hiervoor levert Van Aken (1997).

  5. Over de vraag of dit leren in teamverband aangeduid kan worden als supervisieleren wordt verschillend gedacht (vgl. Siegers en Haan, 1988, 191-192, 253-254). De teamsituatie is mogelijk niet voldoende veilig voor openhartige reflectie, zeker als de teamleider daarbij aanwezig is. Ook vallen bij teamsupervisie werksituatie en leersituatie samen waardoor de pendel tussen leren en werken onder druk kan komen te staan en het leerkader te veel ondergeschikt wordt gemaakt aan het taakuitoefeningskader. Maar misschien ook is hier sprake van koudwatervrees als het gaat om een werkelijk effectief team (vgl. de hiervoor genoemde criteria). Voordeel van teamsupervisie is namelijk de gemakkelijke transfer van leerkader naar taak- uitoefeningskader.

  6. Voor teambegeleiding gelden in vraagvorm enkele bijzondere aandachtspunten. Is werken in teamverband inderdaad de beste organisatievorm? Zijn de condities daarvoor aanwezig? Wordt het begeleidingstraject gedragen

    door alle teamleden? Wat betekent het begeeidingstraject voor de teamleider als deze niet de teambegeleider is? Wat kan worden afgesproken om te voorkomen dat de teambegeleider en de teamleider elkaar voor de voeten lopen? In welke mate vraagt het team om een specifieke verdeling van teamrollen, en welke speciale aandacht moet die teamrolverdeling hebben voor de teambegeleider?

Bibliografie

  • Aken, T.G.C. van, Leidinggeven aan denkwerk. In: E.R. van Aggelen, T.G.C. van Aken, J.F. Boumanen E.J. Reitsma, Team engineering. Deventer, Kluwer BedrijfsInformatie, 1997, 27-40.

  • Amelsvoort, P. van en G. Scholtes, Zelfsturende teams. Ontwerpen, invoeren en begeleiden. Oss, ST-GROEP, 1995.

  • Argyris, C., Leren in en door organisaties. Het hanteerbaar maken van kennis. Schiedam, Scriptum Management, 1996.

  • Belbin, R.M., Managementteams. Over succes- en faalfactoren. Schoonhoven, Academic Service, 1998.

  • Benders, J. en P. van Amelsvoort (red.), Zelfsturende teams in de dienstverlening. Utrecht, Lemma, 2000.

  • Bennink, H., Coaching als vorm van professioneel begeleiden. Supervisie in opleiding en beroep 1999a, 16, 3, 3-19.

  • Bennink, H., Gezelligheid is des duivels oorkussen. Bedrijfsethische aspecten van een Nederlandse cultuurtrek. In: E. Kimman, A. Schilder en F. Jacobs (red.), Drieluijk. Godsdienst – Samenleving – Bedrijfsethiek. Liber Amicorum voor Henk van Luijk. Amsterdam, Thela Thesis, 1999b, 199-207.

  • Bennink, H., Coaching van professionals?! Handboek effectief opleiden (hoofdstuk 3, paragraaf 5). 's-Gra-venhage, Delwel, 2000.

  • Bennink, H., Coaching: theorie, methodiek, praktijk. Supervisie in Opleiding en Beroep 2001a, 18, 3-6.

  • Bennink, H., Coaching van werkteams. Werken, leven en leren in groepen. Houten, 2001b.

  • Bouman, J.F., Teamleiding. In: E.R. van Aggelen, T.G.C. van Aken, J.F. Bouman en E.J. Reitsma,Team engineering. Deventer, Kluwer BedrijfsInformatie, 1997, 41-53.

  • Cox-Woudstra, E. en A.H. van der Zwaan, Waarom zijn niet alle zelfstandige teams even zelfstandig? Gedrag en Organisatie 1996, (9), 6, 341-349.

  • Denkers, F., Morele praktijken. In: P. van Beers (red.), Frans Denkers’ Moreel kompas van de politie. Apeldoorn, LSOP, 2001, 23-40.

  • Downey, M., Coachen op het werk. Een gids voor managers. Amsterdam, Nieuwezijds, 2000.

  • Gerrichhauzen, J., Groupthink, teambuilding en cultuurverandering. In: A.W.T. Kampermann en J. Gerrichhauzen, 1992, 51-63.

  • Heijmans, J., De teamkarakters van een zelfscorend team. Een handleiding voor de ordening van organisaties naar een op zelfscorende teams gebaseerde cultuur en structuur. Maastricht: Shaker, 1999.

  • Hell, J.G.F., Coaching van teams in organisaties. In: J.G.F. Hell, W.A. Hoogduin en P.J. van den Beld(red.), Coaching: houvast in de veranderende organisatie. Houten/Diegem: Bohn Stafleu Van Loghum, 1999.

  • Kamminga, W. en J. Schouten, Verbeteren van teams. Zaltbommel, Thema, 1997 (2edruk). Kampermann, A.W.T. en Gerrichhauzen, J. (red.), Teambuilding: meerwaarde van teamwork in arbeidsorganisaties. Heerlen, Open Universiteit/Deventer, Kluwer Bedrijfswetenschappen, 1992.

  • Kapteyn, L.J., Enkele condities voor effectief teamwork. In: A.W.T. Kampermann en J. Gerrichhauzen, 1992, 27-39.

  • Meininger, A, M-J. Mineur en T. Vinke, Zorg in het Academisch Ziekenhuis Groningen. In: Benders,

  • J. en P. van Amelsvoort (red.), Zelfsturende teams in de dienstverlening. Utrecht, Lemma, 2000, 101-108. Möller, H., Schamerleben in Supervisionsprozessen. Gruppendynamik, 1998, 29, Heft 4, 403-49. Moor, W. de, Teamwerk en participatief management. Houten/Diegem, Bohn Stafleu Van Loghum, 1995.

  • Neck, C.P. en Manz, C.C., From groupthink to teamthink: Toward the creation of constructive thought patterns in self-managing work teams. Human Relations, 1994, 47 (8), 929-952.

    Google Scholar 

  • Olthof, J. en E. Vermetten, De mens als verhaal. Narratieve strategieën in psychotherapie voor kinderen en volwassenen. Utrecht, De Tijdstroom, 1994.

  • Parker, G.M., Team players and teamwork. The new competitive business strategy. San Francisco, Jossey Bass, 1990. 76 Poutsma, E., Teammanagement. In: H. Doorewaard en W. de Nijs (red.), Organisatieontwikkeling en human resource management. Utrecht, Lemma, 1999, 173-193.

  • Reitsma, E.J., Het denken in teams dynamiseren. In: E.R. van Aggelen, T.G.C. van Aken, J.F. Boumanen E.J. Reitsma, Team engineering. Deventer, Kluwer BedrijfsInformatie, 1997, 69-79.

  • Remmerswaal, J., Handboek groepsdynamica. Een nieuwe inleiding op theorie en praktijk. Baarn, Nelissen, 1998.

  • Senge, P., De vijfde discipline. De kunst en praktijk van de lerende organisatie. Schiedam, Scriptum, 1992.

  • Siegers, F. en D. Haan, Handboek supervisie. Alphen aan den Rijn, Samsom, 1988.

  • Sims, R.R., Linking groupthink to unethical behavior in organizations. Journal of Business Ethics, 1992, 11, 651-662.

    Google Scholar 

  • Smith, K.K. en D.N. Berg, Paradoxes of group life: Understanding conflict, paralysis, and movement in group dynamics. San Francisco, Jossey-Bass, 1987.

  • Steyaert, C., Teambuilding en teamontwikkeling. In: J. Gerrichhauzen, A. Kampermann en F. Kluytmans (red.), Interventies bij organisatieverandering. Deventer, Kluwer Bedrijfswetenschappen/Heerlen, Open Universiteit, 1994, 209-225.

  • Tuckman, B.W., Developmental Sequence in Small Groups. Psychological Bulletin 1965, 63/6, 384-399.

    Google Scholar 

  • Tuckman, B.W. en Jensen, M.A.C., Stages of small group development revisited. Group and Organization Studies, 1977, 2, 419-427.

    Google Scholar 

  • Vegt, G. van der, B. Emans, B. en Vliert, E. van de, Effecten van interdependentie in projectteams. Gedrag en Organisatie 1996 (9), 6, 416-428.

  • Vermeulen, P. en M. van Hooft, Beïnvloedingsfactoren voor het functioneren van teams. M&O 1997, 4, 48-61.

    Google Scholar 

  • Vroemen, M., Werken in teams. Deventer, Kluwer Bedrijfswetenschappen, 1985.

  • West, M., De dynamiek van een team. Baarn, Nelissen 1996.

  • Wijnen, G., Renes, W. en Storm, P., Projectmatig werken. Utrecht, Het Spectrum, 1991.

Download references

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Additional information

Hans Bennink is docent en supervisor aan de afdeling Personeel en Arbeid van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en tijdelijk verbonden aan de sectie Opvoedingsfilosofie van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Adres: Zanderskamp 105, 6983 CG Doesburg.

Een boeiende staal- kaart van werken in (zelfsturende) teams in de dienstverlening bieden Benders en Van Amelsvoort (2000).

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Bennink, H. Teambegeleiding: een introductie. SPEC 19, 72–82 (2002). https://doi.org/10.1007/BF03079644

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF03079644

Navigation