Samenvatting
Hoe kan de huisarts bepalen of er inderdaad sprake is van een bijwerking, en wat betekent dit voor het toekomstige farmacologische beleid? In dit artikel worden de achtergronden van het ontstaan van bijwerkingen beschreven en gaan we in op de wijze waarop de huisarts een indruk kan krijgen van het oorzakelijk verband tussen het gebruikte geneesmiddel en de mogelijke bijwerking. Tot slot gaan wij in op de manier waarop bijwerkingen in het dossier vastgelegd dienen te worden.
Literatuur
Bemt PMLA van den, Leendertse AJ, Egberts ACG. Het HARM-onderzoek: Een observationeel multicenteronderzoek naar geneesmiddel-gerelateerde ziekenhuisopnames. Bijblijven 2007;23:47-56.
Naranjo CA, Busto U, Sellers EM, Sandor P, Ruiz I, Roberts EA, et al. A method for estimating the probability of adverse drug reactions. Clin Pharmacol Ther 1981;30:239-45.
Ingelman-Sundberg M. Pharmacogenomic biomarkers for prediction of severe adverse drug reactions. N Engl J Med 2008;358:637-9.
Noort ML van, et al. Registratie van geneesmiddelenallergieën. Pharm Weekbl 2001;136:74-7.
Author information
Authors and Affiliations
Additional information
huisarts. hoofd afdeling Analyse, Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, ’s-Hertogenbosch.
algemeen directeur, Nederlands Bijwerkingencentrum Lareb,’s-Hertogenbosch; basiseenheid Farmacotherapie en Farmaceutische Patiëntenzorg, Universitair Centrum voor Farmacie, Rijksuniversiteit Groningen.
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Van Puijenbroek, E.P., Van Grootheest, A.C. Bijwerkingen, handvatten voor de praktijk. BIJB 24, 25–31 (2008). https://doi.org/10.1007/BF03076353
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF03076353