Abstract
Travestie wordt vaak geassocieerd met extravagantie, karikatuur en persiflage, glitter en glamour, nichtenoptochten, toneel, exhibitionisme, vermaak. De meeste travestieten zijn echter heteroseksueel, hebben geen dure avondjurken in de kast hangen en schamen zich voor hun travestie. Vanwege problemen met travestie kloppen drie op de tien bij een hulpverlener aan. Deze problemen en de betekenis die men eraan toekent, hangen vaak samen met de genderidentiteit die men heeft (zie kader 1). Om meer inzicht te krijgen in deze problemen werden door het Nederlands Instituut voor Sociaal Sexuologisch Onderzoek (nisso) 479 travestieten uit Nederland en Vlaanderen uitgebreid geënquêteerd. De belangrijkste resultaten van dit onderzoek worden hier besproken.1
Noten
Voor uitvoerige rapportering van dit onderzoek, zie Vennix P (1997) Travestie in Nederland en Vlaanderen. Delft: Eburon. In verschillende delen werd dit onderzoek gepubliceerd in een reeks artikelen in het Tijdschrift voor Seksuologie (1999) 23
Zie bijvoorbeeld Doorn CD (1997) Toward a gender identity theory of transsexualism. Amsterdam: VU (proefschrift)
Tripp C (1975) The homosexual matrix. New York: McGraw-Hill
In Man of vrouw, min of meer van Tim de Jong (Amsterdam: Schorer boeken, 1999) worden voor het eerst in Nederland enige transgenderisten geportretteerd
Author information
Authors and Affiliations
Corresponding author
Additional information
P. Vennix is psycholoog en verbonden aan het Nederlands Instituut voor Sociaal Sexuologisch Onderzoek (nisso), Postbus 9022, 3506 GA Utrecht
Dit artikel werd financieel mogelijk gemaakt door het Nationaal Fonds Geestelijke Volksgezondheid (nfgv), Utrecht.
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Vennix, P. Wanneer travestie serieus wordt (1). PSYC 2, 108–112 (2000). https://doi.org/10.1007/BF03071861
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF03071861