Skip to main content
Log in

Prematurenretinopathie en andere oogafwijkingen bij het te vroeg geboren kind

  • Artikelen
  • Published:
Tijdschrift voor kindergeneeskunde

Summary

Preterm infants are at risk to become partially sighted or blind due to cerebral and/or ophthalmological problems. The risk increases with lower gestational age or birth weight. Retinopathy of Prematurity (rop) remains the leading cause of visual impairment. Many factors play a role in the development of the disease. The importance of angiogenic factors stimulating abnormal vessel growth, that characterizes the acute phase of rop, is increasingly recognized. rop develops in about 30% of the children screened for rop according to the national guidelines (gestational age < 32 weeks, birth weight < 1500 g, >3 days >40% O2). The severity of the disease is described in five stages. Treatment should commence from stage 3 onwards. Unless timely intervention 40% of treated infants are left with a severe visual handicap, which means ±10 infants/year in the Netherlands. Later in life, infants born before the 32nd week of gestation have an increased risk to develop strabismus, amblyopia or refractive errors. Again, proper screening and timely intervention are the keys to successful management.

Samenvatting

Prematuur geboren kinderen hebben een verhoogde kans op een visuele handicap. Naarmate het kind meer prematuur of met een lager gewicht geboren wordt neemt het risico toe. De oorzaak kan cerebraal en/of oogheelkundig zijn. Prematurenretinopathie (Retinopathy of Prematurity – rop) is nog steeds de belangrijkste oorzaak voor blind- of slechtziendheid. Vele factoren spelen een rol bij het ontstaan van rop, waarbij steeds meer belang gehecht wordt aan de rol van angiogene factoren bij het ontstaan van vaatnieuwvormingen in de acute fase van de aandoening. rop ontstaat bij ±30% van de kinderen die gescreend worden volgens de richtlijn (zwangerschapsduur < 32 weken, geboortegewicht < 1500 g, >3 dagen >40% O2). De aandoening wordt ingedeeld in vijf stadia, waarbij behandeld wordt vanaf stadium 3. Ondanks tijdig ingrijpen houdt 40% van de kinderen een ernstige visuele handicap over, in Nederland ±10 kinderen per jaar. Op wat oudere leeftijd hebben kinderen geboren voor de 32e week van de zwangerschap een verhoogde kans op strabismus, amblyopie en refractieafwijkingen. Ook hier kan tijdige detectie en behandeling het aantal kinderen met een ernstige visuele handicap doen afnemen.

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Fig. 1
Fig. 2

Similar content being viewed by others

Literatuur

  • Eken P, Vries LS de, Nieuwenhuizen O, et al. Early predictors of cerebral visual impairment in infants with cystic leucomalacia. Neuropediatrics 1996;27(1):16-25.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Jacobson L, Ek U, Fernell E, et al. Visual impairment in preterm children with periventricular leucomalacia – visual, cognitive and neuropediatric characteristics related to cerebral imaging. Dev Med Child Neurol 1996;38 (8):724-35.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Praktijkanalyse Landelijke Neonatale Registratie LNR 1 en 2. Utrecht: Prismant, 2000.

  • Stone J, Chan-Ling T, Pe'er J, et al. Roles of vascular endothelial growth factor and astrocyte degeneration in the genesis of Retinopathy of Prematurity. Invest Ophthalmol Vis Sci 1996;37(2):290-9.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Aiello LP. Vascular endothelial growth factor. 20th century mechanisms, 21st century therapies. Invest Ophthalmol Vis Sci 1997;38:1647-52.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Hellstrom A, Perruzzi C, Ju M, et al. Low IGF-1 suppresses VEGF-survival signalling in retinal endothelial cells: Direct correlation with clinical retinopathy of prematurity. Proc Natl Acad Sci USA 2001;98(10):5804-8.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Reynolds JD, Hardy RJ, Kennedy KA, et al. Lack of efficacy of light reduction in preventing retinopathy of prematurity. Light Reduction in Retinopathy of Prematurity (LIGHT-ROP) Cooperative group. N Engl J Med 1998;338:1572-6.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Supplemental Therapeutic Oxygen for Prethreshold Retinopathy of Prematurity (STOP-ROP), a randomised, controlled trial I: primary outcomes. Pediatrics 2000;105:295-310.

    Article  Google Scholar 

  • Termote JUM, Cats BP, Wittebol-Post D, et al. Less severe Retinopathy of Prematurity by surfactant replacement therapy. Acta Paediatr 1996;85:1491-6.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Bor M vd, Ma E, Walther FJ. Cerebral blood flow velocity after surfactant instillation in preterm infants. J Pediatr 1991;118:285-7.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  • Sobel DB, Philips AGS. Prolonged dexamethasone therapy reduces the incidence of cryotherapy for Retinopathy of Prematurity in infants off less than 1 kg birth weight with bronchopulmonary dysplasia. Pediatrics 1992;90:529-33.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Batton DG, Roberts C, Trese M, Maisels MJ. Severe Retinopathy of Prematurity and steroid exposure. Pediatrics 1992;90: 534-6.

    CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Aubert L, Schmitt A, Fresson J. Impact of postnatal dexamethasone on the incidence and severity of Retinopathy of Prematirity in the surfactant era. Pediatr Res 1999;45:183A.

    Article  Google Scholar 

  • An international classification of Retinopathy of Prematurity. Pediatrics 1984;74:127-33.

  • Schalij-Delfos NE namens de Nederlandse werkgroep ROP. Prematuren retinopathie, richtlijn voor screening. In: Richtlijn oogheelkunde. Uitgave Commissie Kwaliteit van het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap. Deventer: Van der Velde, 1999.

    Google Scholar 

  • Schalij-Delfos NE, Zijlmans BLM, Cats BP. Towards a universal approach for screening of Retinopathy of Prematurity (ROP). Doc Ophthalmol 1996;92:137-44.

    Article  PubMed  Google Scholar 

  • Cryotherapy for Retinopathy of Prematurity Cooperative Group. Multicenter trial of cryotherapy for retinopathy of prematurity: ophthalmological outcomes at 10 years. Arch Ophthalmol 2001;119:1110-8.

    Google Scholar 

  • Trese MT, Droste PJ. Long-term postoperative results of a consecutive series of stages 4 and 5 retinopathy of prematurity. Ophthalmol 1998;105:992-7.

    Article  CAS  Google Scholar 

  • Banach MJ, Berinstein DM. Laser therapy for Retinopathy of Prematurity. Curr Opin Ophthalmol 2001;12:164-70.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Schalij-Delfos NE, Graaf MEL de, Treffers WF, et al. Long term follow up of prematures: detection of strabismus, amblyopia and refractive errors. Br J Ophthalmol 2000;84:963-7.

    Article  CAS  PubMed  Google Scholar 

  • Termote JUM, Schalij-Delfos NE, Donders ART, Cats BP. Alarming incidence of concomitant disabilities in children blinded or partially sighted by Retinopathy of Prematurity (submitted).

Download references

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Corresponding author

Correspondence to N. E. Schalij-Delfos.

Additional information

N.E. Schalij-Delfos, afdeling Oogheelkunde, lumc Leiden. J.U.M. Termote en B.P. Cats, afdeling Neonatologie, umc Utrecht. Correspondentieadres: Dr. N.E. Schalij-Delfos, afdeling Oogheelkunde J3-S, Leids Universitair Medisch Centrum, Postbus 9600, 2300 RC Leiden, tel: 071-5262374, fax: 071-5248222.

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Schalij-Delfos, N.E., Termote, J.U.M. & Cats, B.P. Prematurenretinopathie en andere oogafwijkingen bij het te vroeg geboren kind. KIND 70, 54–59 (2002). https://doi.org/10.1007/BF03061372

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF03061372

Navigation