Samenvatting
In een dagklinische behandeling voor adolescenten met een Obsessief Compulsieve Stoornis (OCS) loopt men tegen verschillende moeilijkheden aan. Deze moeilijkheden vormden aanleiding om binnen de Argonaut (Academisch Centrum voor Kinder- en Jeugdpsychiatrie bij de Universiteit van Amsterdam) een specifieke cognitief-gedragstherapeutische behandelgroep voor jongeren met OCS te beginnen, waarbij veel tijd voor begeleide exposure met responspreventie (ERP), een groepsgerichte benadering en een coördinerende centrale rol voor de individuele gedragstherapie de belangrijkste uitgangspunten vormen. Het programma kent een gefaseerde behandeling, waarbij, gezien het hoge percentage aangemelde jongeren met comorbide problematiek, expliciet aandacht besteed kan worden aan behandeling van bijkomende problemen. Het behandel programma is geschikt voor jongeren met angstklachten, mits de comorbide problematiek niet te verstorend werkt. De behandelresultaten zijn veelbelovend voor wat betreft verbetering van de dwangklachten. Voor wat betreft behandeling van de overige (comorbide) klachten komt de klinisch geobserveerde verbetering in de testresultaten onvoldoende naar voren.
Referenties
Achenbach, T. M., & Edelbrock, C. S. (1983). Manual for the Child Behavior Checklist and Revised Child Behavior Profile. Burlington: University of Vermont.
Arntz, A., & Bögels, S. (2000). Schemagerichte cognitieve therapie voor persoonlijkheidsstoornissen. Praktijkreeks gedragstherapie 12. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.
Balkom, A. J. L. M. van, Oppen, P. van, Vermeulen, A. W. A., Dyck, R. van, Nauta, M. C. E., & Vorst, H. C. M. (1994). A meta-analysis on the treatment of obsessive compulsive disorder: a comparison of antidepressants, behavior and cognitive therapy. Clinical Psycho/ogy Review, J4, 5, pp 359-381.
Berg, c., Rapoport, J., & Flament, M. (1986). The Leyton Obsessionallnventory-Child Version.Journal of the American Academy of Child and Adolescent Psychiatry. 25, pp 84-91.
Braet, c., & Timbremont, B. (2001). Psychometrische evaluatie van de Nederlandstalige Children's Depression Inventory. Gedragstherapie, 34, pp 229-242.
Cooper, J. (1970). The Leyton Obsessionallnventory. Psychology Medicine, J, pp 48-64.
Dreessen, L., Hoekstra, R., & Arntz, A. (1997). Personality disorders do not influence the results of cognitive and behavior therapy for obsessive compulsive disorder. Journal of Anxiety Disorders, Jl, 5, pp 503-521.
Foa, E. 6., Franklin, M. E., & Kozak, M. J. (1998). Psychosocial treatments for obsessive-compulsive disorder.ln: R. P. Swinson, M. M. Antony, S.Rachman & M. A. Richter (Eds.), Obsessive-compulsive disorder. Theory. research and treatment. New Vork: Guilford Press.
Goodman, W. K., Price, L. H., Rasmussen, 5. A., Mazure, c., Fleischmann, R. L., Hili, C. L., Heniger, G. R., & Charney, D. S. (1989a). The Yale-Brown Obsessive Compulsive 5cale I. Development, use and reliability. Archives of general Psychiatry. 46, pp 1006-10Jl.
Goodman, W. K., Price, L. H., Rasmussen, 5. A., Mazure, c., Delgrado, P., Heniger, G. R., & Charney, D. 5. (1989b). The Yale-Brown Obsessive Compulsive Scale 11. Validity. Archives of general Psychiatry. 46, pp 10121016.
Haan, E. de. (2000). De dwangstoornis.ln: F. C. Verhuist & F. Verheij (Eds.), Adolescentenpsychiatrie. Assen: van Gorcum.
Hout, W. J. P. J. van, & Emmelkamp, P. M. G. (2002). Exposure in vivo-behandeling bij angststoornissen: procedure en effectiviteit. Gedragstherapie, 35, 1, pp 7-24.
March, J. 5., Mulle, K., & Herbel, B. (1994). Behavioral psychotherapy for children and adolescents with obsessive compulsive disorder: An open trial of a new protocol-driven treatment package. Journal ofthe American Academy of Child and Adolescent Psychiatry. 33, pp 333-341.
Meerum Terwogt-Reijnders, C. J., & Beek, J. W. (2000). Klachtgerichte behandeling bij mensen met persoonlijkheidsproblemen: een aanpak binnen de kliniek. Directieve Therapie, 20,3, pp 245-261.
Steketee, G., & Shapiro, L. J. (1995). Predicting behavioral treatment outcome for agoraphobia and obsessive compulsive disorder. Clinical Psychology Review, J5,4, pp 317-346.
Verhuist, F. C, Ende, J. van der, & Koot, H. M. (1996). Handleiding voor de CBCL. Rotterdam: afdeling kinderen jeugdpsychiatrie, 50phia Kinderziekenhuis/Academisch Ziekenhuis Rotterdam/ Erasmus Universiteit.
Young, J. E. (1994). Cognitive therapy for personality disorders; A schemajocussed approach. Sarasota, FI: Professional Resource Press.
Author information
Authors and Affiliations
Rights and permissions
About this article
Cite this article
de Bruin, R.R. Een dagbehandelingsprogramma voor Jongeren met een obsessief compulsieve stoornis. KIAP 1, 56 (2002). https://doi.org/10.1007/BF03059460
DOI: https://doi.org/10.1007/BF03059460