Men vermoedt dat de pijnstillende werking van codeïne tot stand komt via de metaboliet morfine. Voor de vorming van deze actieve metaboliet is het cytochroom P450, obstipatiecytochroom P450 isoenzym 2D6 nodig. Voor dit enzym bestaan ‘poor metabolizers’.

Duitse klinisch farmacologen maten de tijden van darmpassage (mond tot coecum) bij vijf uitgebreide en vijf slechte metaboliseerders van sparteïne (cyp 2D6 test). Tijdens placebo-toediening was deze passagetijd vergelijkbaar; bij 60 mg codeïne-fosfaat-toediening trad alleen significant verlenging op bij de uitgebreide CYP 2D6 metaboliseerders (van 6,9 ± 2,3 naar 10,6 ± 3,2 uur). Er was een goede correlatie tussen morfine-concentraties en verlenging van de darmpassage.

Dit onderzoek is nog te beperkt om de hypothese om te draaien: als patiënten geen obstipatie krijgen op codeïne, zal het middel ook geen analgetische bijdrage leveren.