This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.
References
Leplae, professeur d’économie rurale et de génie rural, á l’Univesité de Louvain,L’invasion du Hamster en Hesbaye, revue générale agronomique 1898, n° 10. bl. 461.-Het iverdrukje:Le Hamster en Hesbaye is vollediger dan het opstel in hooger genoemd tijdschrift.
Edm. de Selys-Longchamps,Faune belge, le partie; Indication méthodique des mammiféres, oiseaux, reptiles et poissons, observés jusqu’ici en Belique, 1842; bldz. 33.
J. Deby, professeur d’agriculture et de sciences naturelles á l’école centrale de commerce,Histoire Naturelle de la Belgique, 1848,Mammiferes, 2e deel, blz 96. (Bibliothèque nationale de Jamar à Bruxelles).
Sur la faune de Belgique, discours prononcé à la séance publique de la classe des sciences, le 17 décembre 1854 parde Selys-Longchamps, membre de l’académie et directeur de la classe, bldz. 28.
Uit het heir bijgevoegde kaartje bliikt, dat de hamster in de omstreken van Straatsburg aan deze zijde van den Rijn zeer talrijk vertegen-woordigd is, maar toch blijft nog steeds in hoofdzaak waar, dat de hamster de Rijn weinig oveschrijdt.
Prof.Leplae zegt in een nota: “Er bestaat in Amerika een andere rat met wangzakken,Geomys Douglasii Sch, waarvan de leefwijze veel overeenkomst vertoont met die van den hamster„ -Geomys is wel een knaagdier, maar toch geen eigenlijke rat of routs. In Europa is ook een dergelijk voorbeeld te vinden: nl. het metGeomys verwante geslachtSpermophilus, waarvan de best gekende soort, de Ziesel (Spermophilus citillus) in Silezië Bohemen en Oostenrijk-Hongarije wordt aangetroffen. De ziesel heeft bijna volkomen dezelfde leefwijze als de hamster en heeft, zoowel als deze, wangzakken, die zich in de mondholte openen.
Volgens deWaitz begint de jonge hamster zign nest te graven, op den ouderdom van zes weken of twee maanden, maar vermenigvuldigt zich eerst het volgend jaar.Allamand daarentegen beweert dat de jonge hamsters reeds pogen gangen te graven, als zij sclechts veertien dagen oud zijn en dat zij door de moeder reeds na een drietal weken verlaten worden. Volgens Prof.Nehring, die van de hamser een voornaam onderwerp van zigne studie heeft gemaakt, komen de gegevens vande Waitz het meest de waarheid nabij. Volgens den heerDuyts jaagt het wijfje de jongen niet weg, maar zij verlaat ze om elders eene nieuwe woning te gaan graven.
De schrijvers zijn het niet eens of dit cijfer een totaal is of alleen het aantal gedoode hamsters in 1856. Hoewel dit cijfer zeer hoog is, is het toch niet onmogelijk dat het op een enkel jaar betrekking heeft.
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Staes, G. De hamster in Belgie. Tijdschrift Over Plantenziekten 4, 173–192 (1899). https://doi.org/10.1007/BF02910591
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF02910591