Skip to main content
Log in

Darwinisme en democratie

Dr. D. van Embden. Maatschappelijke voornitgang en de hulp aan het zwakke. Door Mr. H. J. Nieboer

  • Published:
De Economist Aims and scope Submit manuscript

Dr.D. van Embden.Darwinisme en democratie. Maatschappelijke vooruitgang en de hulp aan het zwakke. 'sGravenhage,Martinus Nijhoff, 1901.

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Literatur

  1. Andere nadeelen, bv. het aankweeken van luiheid, blijven hier buiten beschouwing.

  2. Onder „doodelijke” selectie schijnt hij ook te verstaan de selectie die tot stand koint door de ongelijke vruchtbaarheid van hen die niet vóór het einde der vruchtbaarheidsperiode sterven (bl. 144). Over deze laatste spreekt hij verder bijna niet, en maakt het zich daardoor zeer gemakkelijk: tegenover de „nabootsende” selectie staat nu enkel de „doodelijke” in engeren zin, die dan wreed en onbarmhartig wordt genoemd. De lectuur van het interessante boek van Ploetz (dat in zijne litteratuurlijst voorkomt) had hem voor deze dwaling moeten behoeden.

  3. Zie o. a. bl. 45, 100, 131, 162, 181; op bl. 146 is zelfs sprake van „ideeën, die zich als aangeboren, erfelijke eigenschappen genesteld hebben”.

  4. Op bl. 364 heet het zelfs, dat van hoogte, bloei en verbreiding van wijsbegeerte, ethiek en sociologie „in de eerste plaats niets minder dan het geluk der menschheid afhankelijk is”. Sancta simplicitas!

  5. Voor economie interesseert de schrijver zich trouwens niet; dit blijkt zoowel uit de litteratuuropgave als uit het geheele boek. Curieus, een „socioloog” die negeert al wat bekwame mannen sedert een eeuw over het ruilverkeer, toch zeker een belangrijk sociaal verschijnsel, gedacht hebben, en dat terwijl hij (in hoofdstuk 9) de economische structuur der maatschappij uitvoerig behandelt.

  6. Zie bl. 260 over de Fransche revolutie, 276 over Noord-Amerika, 295 en volgende over Spanje, 271 en 295 over de Renaissance en Japan. Nergens eenige opgave van bron, behalve over Spanje even een (waarschijnlijk uit de tweede hand geciteerde) noot van Llorente.

  7. Volgens Dr. R. Mahler telden de Maoris in 1840 114,890 zielen, in 1891 41,993. Hij voegt erbij, dat asthma, scrophulose, tering en brandewijn de bevolking een spoedig einde bereiden (Siedelungsgebiet und Siedelungslage in Oceanien, 1898, bl. 60). Ratzel (Anthropogeographie, deel 2, bl. 345) geeft overeenstemmende cijfers. De zwarte bevolking van Australie werd in 1851 op 55,000 geschat en is sedert aldoor verminderd. Tusschen 1836 en 1881 ging het aantal inboorlingen van Victoria terug van 5000 op 770; de stam der Narrinyeri in Zuid-Australie bestond in 1842 uit 3200 zielen, in 1875 nog slechts uit 511 (Schurtz, Völkerkunde, bl. 141).

  8. Men voere hiertegen niet aan, dat deze volken, bij betere behandeling van de zijde der kolonisten, misschien tot hooge beschaving hadden kunnen gebracht worden. Dit zou enkel zijn eene onderstelling, gebaseerd op de aangenomen „opvoedbaarheid der wilde volken”, niet een bewijs voor die opvoedbaarheid.

  9. Anthropologie der Naturvölker, deel 2, bl 383. Waitz beroept zich hier op een artikel van Smith van 1835 en op het verhaal, door Arbousset en Daumas, van hunne, in 1836 ondernomen, reis.

  10. Natuurlijk ontkennen wij niet de mogelijkheid om door verstandige leiding minder beschaafde volken eenigszins te verheffen; maar dit impliceert volstrekt niet hunne gelijkheid in aanleg met blanken; zelfs imbecillen zijn „opvoedbaar”.

  11. Merkwaardig, dat auteur, die met zooveel gezag spreekt over zaken die hem geheel vreemd zijn, de beoefenaars der natuurwetenschappen als onbevoegd „uitwijst” uit het gebied der sociale theorie.

  12. Zeitschrift für Socialwissenschaft, Januari 1902, bl. 33, 34.

Download references

Authors

Additional information

Zwelle, Februari 1902

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Nieboer, H.J. Darwinisme en democratie. De Economist 51, 291–303 (1902). https://doi.org/10.1007/BF02286693

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF02286693

Navigation