Der Hafen von Emden, Festschrift zur Eröffnung des neuen Emder Seehafens —C. Swegkendieck. Uitgegeven op last der Pruisische regeering. Emden, Deutschlands neues Seethor im Westen, seine See-bedeutung einst und jetzt.Von Palmgrên Emden und Borkum 1901, Verlag vonW. Haynel. Ontwerp voor de verbetering van de haven te Delfzijl van de ingenieursJ. van Hasselt ende Koning Nijmegen bijG. J. Thieme. Verslag van den toestand der Provincie Groningen over de jaren 1899 en 1900.
This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.
Literatur
Zie von Palmgren.
Niet onredelijk, schijnt het mij, dat de laagste tarieven worden vastgesteld voor de wegen, langs welke zich het groote verkeer beweegt.
Dit cijfer is belangrijk overschreden. Von Palmgrèn (pag. 89) noemt een bedrag van 80 milloen Rm. voor de totale kosten.
Von Palmgrèn pag. 89.
Deze cijfers zijn mij uit Emden verstrekt en daarbij wordt medegedeeld, dat de opgaaf voor 1901 nog slechts voorloopig is en, dat in 1900 en 1901 zooveel grootere hoeveelheid stroomopwaarts dan omgekeerd is vervoerd zijn oorzaak vindt in grooten invoer van erts en graan, vroeger over de Nederlandsche havens vervoerd. Men verwacht in het volgende jaar (1902) uitvoer op groote schaal van Westfaalsche kolen en cokes naar de Oost- en Noordzee-havens.
Festschrift pag. 43.
Dit komt mij voor een ernstig nadeel te zijn, waarvan de wegneming wel een belangrijke uitgaaf zoude hebeen gewettigd.
In het volgend nummer van dit tijdschrift, zal het vervolg van dit artikel, handelend over de haven van Delfzijl, worden opgenomen.
Additional information
Groningen.
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Jaczn, G.M. Nederland en Duitschland aan de Eems. De Economist 51, 97–122 (1902). https://doi.org/10.1007/BF02286677
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF02286677