Skip to main content
Log in

Het Liernurstelsel in Nederland

  • Published:
De Economist Aims and scope Submit manuscript

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

References

  1. Dr. Heinsius, Wethouder, Voorz., leden: P. H. Holyman, G. H. Kuipers, F. C. Tromp, Dr. I. Texeira de Mattos, Mr. H. L. van Leiden.

  2. Die Verunreinigung deutscher Flüsse 1878 bl. 47, enz. waarin hij zich o. a. zeer ernstig over Jhr. G. A. Tindal beklaagt.

  3. Resultaten der proefnem. met poudrettebereiding te Dordrecht, 1876, bl. 3011.

  4. De heeren: Jitta, F. A. T. Delprat, P. Smidt v. Gelder, Henrick S. van Lennep en D. Mendes.

  5. De besprekingen in den Geneeskundigen Kring hadden zich eenigzins anders toegedragen. Dr. H. Sanders Gz. verdedigde er zeven stellingen over rotting, infectieziekten, oxydatie, riool en pneumatische stelsels. Zonder van dit plan te weten had Prof. Gunning een brief geschreven om aldaar het schrijven van Dr. Sanders in het Handelsblad te komen weerleggen. Hij nam toen echter genoegen met de voor die vergadering aangekondigde stellingen van Dr. S. te bestrijden. Stemming had er niet over plants. Maar Prof. Gunning's verdediging zijner oxydatietheorie, welker resultaten hij toonde in 2 fleschjes, was niet sterk, vooral omdat hij weigerde zijn proeven te publiceeren, wat Dr. S. de eenige weg achtte, om te zien of er fouten waren begaan zooals hij zeer waarschijnlijk achtte. Ook zeide Prof. Gunning dat men Liernur niet altijd kon vertrouwen. De poudrette toch door dezen ingezonden, zou gemaakt zijn van de met de Liernurbuizen te Amsterdam opgehaalde stof, maar bestond, zeide hij, uit phosphaten en urine, waarbij eene kleine hoeveelheid faecalien. Hierover kwam een brief van protest in van Liernur. De vergaderingen hadden plaats op 4, 9, 23 Oct. en 9 Nov. 1876. De notulen werden mij welwillend ter lezing verstrekt.

  6. Die Verunreinigung Deutscher Flüsse bl. 48.

  7. Ik geef hier de op de 2e vergadering verbeterde cijfers.

  8. Gemeenteblad 1878 afd. I no 159 bl. 189.

  9. Leden: F. C. Tromp, P. H. Holtzman, Herman J. v. Lennep, I. Teixeira de Mattos, H. L. M. Luden, J. Gosschalk, M. P. Pels.

  10. 13 Oct. 1876 bl. 7.

  11. 1. Oordeel der Commissie van bijstand over het rapport der Kon. Akademie. 2. Vertaling van de inleiding van prof. C. v. Nägeli's werk. 3. Oordeel van v. Nägeli over de beerputten. 4. Kunnen afvoerstelsels de werkelijk voortgebrachte faecalien verwijderen?

  12. Dr. F. Erismann: Gesundheitslehre für Gebildete aller Stände. München 1878.

  13. In een uitvoerige Bijalge wordt dit nader toegelicht bl. 75 tot 95.

  14. Tromp, Voorzitter, Bergsma, Secretaris.

  15. Zie Gemeenteblad afd. I 1878 bl. 177.

  16. Idem Zie Gemeenteblad afd. I 1878 bl. 179.

  17. Vier uitvoerige artikelen: 4 tot 10 Juni 1879. Zie ook diens uitnemende artikelen in de N. Rott. Ct. van 14, 15, 17 Juni 1878: «Thans weer beerputten?»

  18. N. Rott. Ct. 17 Aug. 1879.

  19. De punten luidden als volgt: Voordracht No 250. 1o. Tot de toepasing van het Liernurstelsel in het Vondelkwartier tusschen de P. C. Hooftstraat en de Overtoomsche vaart en tot exploitatie met een stationair werktuig van voldoende vermogen en inrichting, tot het bedienen van het in dit kwartier aan te leggen en van alle reeds bestaande buizennetten en tot het voor zooveel noodig indikken der vloeibare meststof; 2o aan de firma Liernur en de Bruyn Kops op te dragen het ontwerpen van de plannen noodig voor de uitvoering van het sub 1o bedoelde en haar te belasten met de leiding der uitvoering en der exploitatie gedurende 2 jaar, onder toezicht van het gemeente-bestuur; 3o. dat in de verdere nieuwe wijken en in den opgehoogden Binnendijkschen Buitenvelderschen polder, bij wijze van overgang, een tonnenstelsel met valpijpen zal worden toegepast en aan de eigenaars van nieuw te bouwen huizen aldaar zal worden voorgeschreven die pijpen zoodanig in te richten dat die voor het Liernur of voor een ander stelsel kunnen dienen; 4o. dat in de wijze van afvoer der faecalien in het Binnengasthuis vooralsnog geene verandering zal worden gebracht; 5o. dat de kosten van het stationair werktuig, van het leggen der voor de exploitatie noodige leiding en van wat verder uit het onder 1o genoemde voortvloeit, geraamd op f 300.000, rond, zullen worden bestreden uit de post No 216 der begrooting voor 1879 “waterverversching en rioleering”. 6o. dat bij den bouw van huizen in de nieuwe wijken, en bij den aanleg van het pneumatisch stelsel in reeds bestaande huizen het gebruik van overvloeiïngsprivaten en diepe gootsteenen zal worden voorgeschreven.-Vóór stemden de heeren: Holzman, Joosten, Tromp, Bergsma, Pels, Teixeira, v. Nierop, Gosschalk, Luden, v. Tienhoven, de Koning, Roëll, Laguna, H. I. v. Lennep, v. Wensen, Metelerkamp, Regtdoorzee, Heyneken, Pet, Everwijn Lange. Tegen de heeren: Tack, Smidt v. Gelder, Delprat, Schmitz, Jitta, Heynsius, Driessen, v. Sonsbeek, H. G. v. Lennep, Fuld, Mendes, Pijnappel, Insinger, Engels en de Voorzitter.

Download references

Authors

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

van Reesema, A.S. Het Liernurstelsel in Nederland. De Economist 51, 773–810 (1902). https://doi.org/10.1007/BF02213398

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF02213398

Navigation