Skip to main content
SpringerLink
Log in

Het honderdjarig bestaan van de Javasche Bank I

  • Published:
De Economist Aims and scope Submit manuscript

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Log in via an institution

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Institutional subscriptions

References

  1. Vgl. D. C. Steyn Parvé, Geschiedenis van het Indische Munt- en Bankwezen, Zalt-Bommel 1852, blz. 242 v.v.

  2. Deze cijfers en data zijn ontleend aan het jaarverslag 1877/8, blz. 7.

  3. Mr. N. P. van den Berg, Munt- en Bankwezen, Handel en Scheep-vaart in Nederlandsch Indië, 's Hage 1907, blz. 128, v.v.

  4. Ik wijk dan ook in dit opzicht af van Steijn Parvé, t.a.p. blz. 240, v.v., die evenals Mr. de Haan vol lof voor het Octrooi is.

  5. Zie Verslagen 1830/1 en 1836/7.

  6. Het tweede Octrooi werd vastgesteld bij Ordonnantie van 17 Juli 1837, Stbl. 33. Wederom krijgt de Bank Octrooi voor 10 jaar. Aan dezen termijn heeft men telkens vastgehouden tot het Octrooi van 1891. Daarna werd het 15 jaar. De voornaamste veranderingen, welke het Octrooi van 1837 bracht, waren de volgende: 1. het Gouvernment, dat zich in 1827 verplicht had geen papiergeld uit te geven, maakt thans eene uitzondering ten aanzien van het koperpapier (art. 41 en 42); 2. de commissie, welke jaarlijks uit deelhebbers wordt benoemd voor het nazien en goedkeuren der balans, krijgt een telkens door het Gouvernement benoemden voorzitter, die evenwel geen stem heeft over het dividend en weer aftreedt, zoodra de balans vaststaat 9art. 58, 84–86); 3. 10 % van de overwinst boven 9 % van het kapitaal van 2 miljoen wordt uitgekeerd aan door den Gouverneur-Generaal aan te wijzen „liefdadige gestichten“ (art. 82, 83).

  7. Zie voorts Verslag 1863/4, blz. 6.

  8. Zijnde het bedrag der destijds bekend gemaakte circulatie.

  9. Vgl. Verslag 1869/70, blz. 10, v.v.

  10. Van den Berg, t.a.p. blz. 136. In de jaarverslagen vindt men hieromtrent geene mededeelingen.

  11. Zie ook Mr. G. Vissering, Muntwezen en Circulatiebanken in Nederlandsch-Indië, Amsterdam 1920, blz. 45.

  12. Verslagen 1886/7, blz. 24, 1887/8, blz. 23, v.v., 1895/6, blz. 17. Bijlagen Ai, Aii, Aiii en B volgen hierachter.

Download references

Authors
  1. G. M. Verrijn Stuart
    View author publications

    You can also search for this author in PubMed Google Scholar

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Verrijn Stuart, G.M. Het honderdjarig bestaan van de Javasche Bank I. De Economist 77, 5–44 (1928). https://doi.org/10.1007/BF02203825

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF02203825

Search

Navigation