Skip to main content
Log in

Boekbespreking

  • Published:
De Economist Aims and scope Submit manuscript

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Literatur

  1. Zie de aankondiging in dit tijdschrift 1930, blz. 879, v.v.

  2. De tijdgenooten gebruikten het woord trafiek ook in ruimeren zin dan dien van verkeersindustrie. Zoo schreven de fabrikeurs te Almelo in een memorie van 1800 betreffende de nijverheid in hunne stad (R. A. Zwolle, Recht. Arch. Stad Almelo, a” 1800): „De hoofdfabrieken zijn linnen en marseille ofte diemten; ook word er gefabriceerd, maar zeer weinig, pellen, bombazijen, trijp. De trafiquen zijn blekerijen, loyerijen, rietemakerijen, eene houdzagemoole, eene olijmoole en eene jeneverstokerije”. M.a.w. de fabrieken vervaardigden goederen nit grondstoffen; de trafieken deden de goederen slechts een bewerking ondergaan. Uiteraard valt de grens niet scherp te trekken. — H. Muller schrijft aan S. Vissering ao 1860 (Ec. Hist. Jaarb. XIV blz. 287): „Die (soort weef) industrie mag niet meer dan een trafiek heeten en staat gelijk met den schrijnwerker, die al de deelen van het meubel fix und fertig uit Parijs ontvangt en ze eenvoudig hier in elkander lijmt en politoert en zich dan nieubelfabrikant noemt”. — Vgl. nog Mr. H. C. Hazewinkel in Rotterd. Jaarb. 1934, blz. 65.

Download references

Authors

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Sneller, Z.W., H. J. K. & Baars, I.A. Boekbespreking. De Economist 83, 314–320 (1934). https://doi.org/10.1007/BF02200052

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF02200052

Navigation