Skip to main content
Log in

Onze circulatie van grove zilveren specie en de bankbiljetten van f 10.—

  • Published:
De Economist Aims and scope Submit manuscript

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Literatur

  1. Stelt men het aantal hier en in Indië aanwezige guldens, 1 Januari 1907, op 100 millioen (aangemunt zijn 103.5 millioen) dan is er reden, hier niet nader toe te lichten, om deze te verdeelen in 25 millioen in Nederland en de rest in Indië. De halve guldens (circa 58.5 mill. stukken) zijn volgens mijne gegevens te splitsen in een gedeelte van 3.5 millioen in Nederland en 55 millioen in Indië. Neemt men verder aan (Muntverslag 1906, pag. 45) dat aan grof zilver in ons land f 119.5 millioen zou voorkomen en trekt men de aangegeven bedragen voor de guldens en halve guldens af, dan blijft een bedrag van omstreeks 93 millioen gulden aan rijksdaalders over, welk bedrag hier als in ons land op 1 Januari 1907 aanwezig wordt beschouwd. Op dit cijfer voor de rijksdaalders en f 25 millioen voor de guldens op 1 Januari 1907 is de berekening der actieve circulatie op andere datums gebaseerd.

Download references

Authors

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Hoitsema Onze circulatie van grove zilveren specie en de bankbiljetten van f 10.—. De Economist 57, 152–161 (1908). https://doi.org/10.1007/BF02128776

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF02128776

Navigation