Skip to main content
Log in

Het vrij-handels beginsel en ons tarief van in- en uitvoerregten

  • Published:
De Economist Aims and scope Submit manuscript

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Literatur

  1. Evenzeer als wij voor onze stelling bewijzen vinden in de adressen van fabriekanten die op behoud of vermeerdering van 1 of 2 pCt. invoerregten aandringen, evenzeer vinden wij dezelfde stelling bevestigd door het verzoek vanhandelaars om verlaging met 1 of 2 pCt. Merkwaardig is uit dit oogpunt een adres van den HeerD. S. Metz te Amsterdam (p. 221 Verz.Regout). Zijden stoffen, zijden linten enz. zijn, met een menigte manufacturen, ad. 6 pCt. belast; de regering stelde voor 5 pCt.; doch genoemd adres verzocht niet 5, doch 3 of 3 1/2 pCt. En waarom? omdat de ondervinding bewijst dat, zoodra het regt daarboven komt, het artikelZijde onmiddelijk gesloken wordt. De eerlijke handelaar zoekt dus in 1 1/2 en 2 pCt. meer of minder ziju billijke protectie tegen den sluikhandel! En hoe kan dan worden volgehouden dat een 5 pCts, regtuit een industrieel oogpunt onverschillig zou moeten zijn bij de bepaling van cen handelstarief, en dat het alleenfiscaal zou werken?

Download references

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Het vrij-handels beginsel en ons tarief van in- en uitvoerregten. De Economist 10, 153–166 (1861). https://doi.org/10.1007/BF02127608

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF02127608

Navigation