Samenvatting
Op een aantal bedrijven werd in een bed anjers — nateelt van ‘virusvrij’ gemaakte planten — een veldje van 100 planten enkele malen bemonsterd. De virusverspreiding werd bij het bemonsteren voorkomen door bij het plukken van elke spruit een nieuw plastic zakje te gebruiken. De monsters werden in het laboratorium serologisch onderzocht. De verkregen resultaten van twee representatieve proeven zijn weergegeven in Fig. 1. Uit deze grafiek blijkt dat, evenals bij vele andere ziekten, de verspreiding van het anjervlekkenvirus grafisch kan worden weergegeven door een S-vormige lijn en dat er nagenoeg rechte lijnen ontstaan na een logit-transformatie.
In Fig. 2 zijn de regressielijnen voor de afzonderlijke veldjes weergegeven, waaruit blijkt, dat de proeven in twee groepen kunnen worden verdeeld. De verdeling hangt samen met het al (groep A) of niet (groep B) aanwezig zijn van volledig viruszieke partijen elders in de kas. Daarnaast zijn nog andere factoren van betekenis.
References
Hakkaart, F. A., 1964. Invloed van anjervirussen op de produktie en kwaliteit van amerikaanse anjers. Jversl Proefst Bloemisterij Nederland (Aalsmeer) 1963: 40–42.
Hollings, M. & Stone, O. M., 1964. Investigation of carnation viruses. I. Carnation mottle. Ann. appl. Biol. 53:103–118.
Paludan, N. & Rehnstrøm, F., 1968. Inflydelse af nellike-spaetningvirus på udbytte og kvalitet hos nellike (Dianthus caryophyllus). Tidsskr. Planteavl 72:33–41.
Van der Plank, J. E., 1963. Plant diseases: Epidemics and Control. Academic Press, New York and London.
Author information
Authors and Affiliations
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Zandvoort, R. The spread of carnation mottle virus in carnations in glass-houses. Netherlands Journal of Plant Pathology 79, 81–84 (1973). https://doi.org/10.1007/BF02083671
Accepted:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/BF02083671